In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, hebben de besloten vennootschappen DEDICATED MEDICAL TRANSPORT B.V. (DMT) en INTERNATIONAL MEDICAL TRANSPORT B.V. (IMT) een verzoek ingediend tegen CISO TRANSPORT B.V. en CISO ONROEREND GOED B.V. De Ondernemingskamer heeft eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van CISO, waarbij mr. M. Holtzer was benoemd als onderzoeker en mr. J.A. van der Have als bestuurder van CISO. In de maanden april en juli 2014 zijn er verschillende beschikkingen gegeven, waaronder onmiddellijke voorzieningen die de aandelen van CISO onder beheer stelden van mr. E. Hammerstein.
Op 29 september 2014 hebben de verzoeksters aan de Ondernemingskamer laten weten dat zij een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten, waarin zij overeenkwamen de enquêteprocedure te beëindigen. Zowel mr. Hammerstein als mr. Van der Have hebben geen bezwaar gemaakt tegen deze beëindiging. Mr. Schröder, de advocaat van de belanghebbende, heeft het verzoek tot beëindiging ook ondersteund.
De Ondernemingskamer heeft, gezien het ontbreken van bezwaar van andere partijen en het feit dat er geen belangen zijn die zich verzetten tegen de beëindiging, besloten het verzoek van DMT c.s. in te willigen. De Ondernemingskamer heeft de eerder bevolen onderzoeken en getroffen onmiddellijke voorzieningen met ingang van 3 oktober 2014 beëindigd. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is gegeven door een samengesteld college van rechters en raden, met mr. R. Verheggen als griffier.