ECLI:NL:GHAMS:2014:3279

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 juni 2014
Publicatiedatum
14 augustus 2014
Zaaknummer
23-005449-13
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep inzake betrokkenheid bij verkeersongeval

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 26 juni 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 18 november 2013 was gewezen. De verdachte, geboren in 1988, werd beschuldigd van het verlaten van de plaats van een verkeersongeval op 15 januari 2013 te Amsterdam, waarbij mogelijk letsel of schade was toegebracht aan een ander, te weten het slachtoffer. Tijdens de zitting op 12 juni 2014 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een geldboete van € 350,00 had geëist, subsidiair 7 dagen hechtenis. Het hof heeft echter geoordeeld dat de tenlastelegging niet wettig en overtuigend bewezen was. Er was onvoldoende bewijs dat de verdachte daadwerkelijk betrokken was bij het ongeval, mede omdat er geen (politie)onderzoek was verricht dat de schade aan de auto van het slachtoffer vergeleek met die van de verdachte. De verdachte had bovendien verklaard dat zij betrokken was bij een ander verkeersongeval op dezelfde dag, wat de zaak verder complicaties gaf. Het hof heeft daarom het vonnis waarvan beroep vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. Deze beslissing werd genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarbij mr. W.F. van Zant niet in staat was het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

parketnummer: 23-005449-13
datum uitspraak: 26 juni 2014
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 18 november 2013 in de strafzaak onder parketnummer 13-087283-13 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1988,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 12 juni 2014.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
zij op of omstreeks 15 januari 2013 te Amsterdam als bestuurder van een motorrijtuig betrokken bij een verkeersongeval of door wiens gedraging een verkeersongeval was veroorzaakt op het C.P.M. Rommeplantsoen, de plaats van het ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval naar zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden aan een ander (te weten [slachtoffer]) letsel en/of schade was toegebracht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd, te weten een geldboete van € 350,00, subsidiair 7 dagen hechtenis.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken. Het hof overweegt daartoe dat, bij gebrek aan een (politie)onderzoek waarbij de schade aan de auto van aangeefster [slachtoffer] is vergeleken met de schade aan de auto van de verdachte, onvoldoende is gebleken dat de verdachte degene is geweest die het ten laste gelegde heeft begaan, gelet ook op de verklaring van de verdachte, dat zij betrokken is geweest bij een ander verkeersongeval op 15 januari 2013 rond 10.30 uur in Amsterdam en de stukken die de verdachte in dat kader aan het hof heeft doen toekomen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. G. Oldekamp, mr. W.H. van Benthem en mr. W.F. van Zant, in tegenwoordigheid van mr. C. Beuze, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 26 juni 2014.
Mr. W.F. van Zant is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[...]
.