Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.De feiten
”Blijft door u te ontvangen € 28.470,39.
Het bedrag zal binnen circa twee werkdagen naar uw rekeningnummer worden overgemaakt”.
3.Het geschil in hoger beroep
- bepaald dat de woning gelegen aan de [adres c] verkocht dient te worden aan een derde en dat de te verkrijgen koopprijs, te verminderen met de omvang van de hypothecaire schuld per 4 maart 2010 en te vermeerderen met de waarde van de aan de hypothecaire lening verbonden beleggingen per 4 maart 2010 (zogenoemde kapitaalopbouwdeel en inkomensaanvullingsdeel) tussen partijen bij helfte zal worden verdeeld;
- bepaald dat de man aan de vrouw inzake de lening bij Interbank (met contractnummer [1]) € 5.316,51 dient te voldoen;
- afgewezen het verzoek van de man bij de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap de vordering van zijn dochter op haar erfdeel uit de nalatenschap van haar moeder, zijnde een bedrag van € 25.000,-, op te nemen als een in de boedel vallende schuld, die bij helfte tussen partijen dient te worden verdeeld;
- afgewezen het verzoek van de man te bepalen dat de lening bij Interbank (met contractnummer [1]) niet tot de gemeenschap behoort.