ECLI:NL:GHAMS:2014:3155
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.E. Molenaar
- S.F. Schütz
- D. Kingma
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep TUI Nederland N.V. tegen [geïntimeerde] inzake ontslag op staande voet en kosten van gezinsreizen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 5 augustus 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tussen TUI Nederland N.V. en [geïntimeerde]. TUI, voorheen First Choice Nederland B.V., had [geïntimeerde] op staande voet ontslagen. Het hof oordeelde dat er een dringende reden was voor het ontslag, omdat [geïntimeerde] TUI onjuist had voorgelicht over de kosten van gezinsreizen. Tijdens de overnamegesprekken in 2001 had [geïntimeerde] ten onrechte aangenomen dat de kosten van gezinsreizen voor rekening van het bedrijf konden komen. Het hof concludeerde dat er geen expliciete toestemming was gegeven door [Z] voor het in rekening brengen van deze kosten. De verklaringen van getuigen ondersteunden deze conclusie, waarbij werd vastgesteld dat er geen duidelijke afspraken waren gemaakt over de kosten van gezinsreizen.
Het hof vernietigde het eerdere vonnis van de rechtbank, waarin was geoordeeld dat het ontslag kennelijk onredelijk was. Het hof wees de vorderingen van [geïntimeerde] af en oordeelde dat TUI recht had op terugbetaling van kosten die ten onrechte door [geïntimeerde] waren gedeclareerd. De kosten van de gezinsreizen werden vastgesteld op € 15.172,96, die [geïntimeerde] aan TUI moest terugbetalen. Het hof bekrachtigde een deel van het eerdere vonnis met betrekking tot vakantiegeld en pensioenpremies, maar wees andere vorderingen van [geïntimeerde] af. De kosten van het geding werden toegewezen aan TUI, die als grotendeels in het gelijk gestelde partij werd aangemerkt.