Het is S’Energy toegestaan om een deel van haar aandelenpakket aan Delta aan te bieden teneinde over voldoende financiële middelen te beschikken (…) Delta is evenwel niet gehouden deze aangeboden Aandelen af te nemen, in welk geval S’Energy vrij zal zijn die Aandelen aan derden aan te bieden om alsnog de in artikel 6.1 bedoelde van haar gevergde financiering ter beschikking te kunnen stellen. (…)”
In de overeenkomst is voorzien (in art. 9.3) in een mogelijke beursgang van Sunergy.
3.1.4Op 24 november 2006 hebben Sunergy en Delta samen een bod uitgebracht op de aandelen van Solland, een producent van zonnecellen. 70% van de aandelen Solland zijn bij de verwerving op 16 februari 2007 ondergebracht in een special purpose vehicle, waarvan de aandelen in handen van Delta waren. 20% van de aandelen (aankoopwaarde ca. € 9 miljoen) kwam toen in handen van S’Energy.
3.1.5Tussen partijen is wrijving ontstaan. Met instemming van beide partijen zijn in het najaar van 2007 twee feitelijk bestuurders benoemd,[Y] (hierna: [Y], zijdens S’Energy) en [Z] (hierna: [Z], zijdens Delta). Hun benoeming is geformaliseerd op 29 februari 2008, doch zij waren voordien met instemming van beide partijen actief.
Het Fall Back plan (hierna: FBP) van [Y] en [Z] d.d. 17 december 2007 constateert dat de samenwerking niet naar wens is en dat zich belangrijke investeringsbeslissingen voor Sunergy aandienen. Stap 2 in dat plan houdt in, dat Delta een gedeelte van haar belang in Solland aan S’Energy verkoopt, te financieren met een banklening, waardoor S’Energy de mogelijkheid krijgt om financieringsruimte te creëren. Vervolgens wordt voorzien in verkoop en afrekening. Het FBP voorzag er voorts in dat Delta € 95 miljoen in Sunergy zou steken in ruil voor (door S’Energy aan Delta te verkopen) aandelen Sunergy. Als voordeel wordt genoemd dat Delta S’Energy helpt bij het aflossen van de oorspronkelijke schulden en het inbrengen van eigen vermogen.
Het FBP zou in werking treden op 28 januari 2008 als dan via regulier aandeelhoudersoverleg geen alternatief is ontwikkeld. [Z] en [Y] stellen voor om op die basis Sunergy als zelfstandig functionerende onderneming op te zetten. In het kader van deze aanpak zou Sunergy gewaardeerd worden.
3.1.7Op 3 februari 2008 heeft de [bedrijf A] (hierna: [bedrijf A]) een Confidentiality Agreement met S’Energy getekend; in de considerans is vermeld dat [bedrijf A] “
has indicated to be interested to learn more of Sunergy (…) in order to evaluate whether it would be interested to invest in Sunergy’s equity.”
[geintimeerde sub 2] heeft, namens Delta, op 6 juni 2008 aan S’Energy geschreven dat het
“interne Delta proces nog zeker tot in juni 2008 in beslag zou nemen . (…) een beroep op je gedaan om gedurende die tijd terughoudend te zijn met het verschaffen van informatie over Sunergy aan derden. Ik gaf daarbij eveneens aan van mening te zijn het onverstandig te vinden om de heer [A] te ontmoeten.’
3.1.9Vanwege gerezen verschillen van inzicht tussen[X] en [geintimeerde sub 2], die van 1 maart 2006 tot 1 januari 2012 bestuurder van Delta was, is begin 2009 onderhandeld over het uit elkaar gaan van partijen.[X]
3.1.10[X] heeft bij e-mailbericht van 14 januari 2009 aan [geintimeerde sub 2] bericht:
“(…) Zoals afgesproken stuur ik je hierbij mijn voorstel hoe uit elkaar te gaan. (..)
In het meegezonden voorstel met opschrift ‘uitkoop S’Energy BV door Delta NV/Delta Solar BV’ is - voor zover hier relevant - vermeld:
S’Energy is bereid om alle aandelen die zij houdt in het kapitaal van Sunergy, behoudens 2,5 %, (het “Pakket’) te verkopen, tegen finale kwijting van alle rechten en aanspraken over en weer en onder de volgende condities:
(...)”
3.1.11[geintimeerde sub 2] heeft op 20 januari 2009 gesproken met [E], een door S’Energy ingeschakelde bemiddelaar c.q. adviseur. [E] heeft op 22 januari 2009 een e-mailbericht aan [geintimeerde sub 2] gezonden met als onderwerp ‘nieuw voorstel [X]’. In dit e-mailbericht is onder meer het volgende opgenomen:
“(…)
heb ik lang met [X] gesproken in een poging partijen nader tot elkaar te brengen. Uiteindelijk heb ik hem ervan kunnen overtuigen, dat zijn voorstel van 14 januari (totaal 95 mln.) niet realistisch is. De hoge waarderingen van Sunergy BV, die in dure rapporten van adviseurs staan zijn op zichzelf misschien niet ongegrond. Maar de financiële crisis en de economische crisis waren toen nog niet uitgegroeid tot wat ze nu zijn, inclusief de onzekerheid, dat niemand weet hoe diep de recessie zal zijn en hoe lang hij duurt.
Nadrukkelijk wil ik stellen, dat dit een voorstel op hoofdlijnen is. Het luidt als volgt:
1. SE verkoopt alle aandelen in Sunergy BV minus 2.5% aan Delta tegen finale kwijting van alle rechten en aanspraken over en weer. (..)
3. In vergelijking tot het eerdere voorstel(…) is het voorstel nu 50 mln. Euro (…)
4. SE krijgt een “right of first refusal” als Delta besluit tot verkoop van (onderdelen van) haar Solar activiteiten.
Zoals ik in ons gesprek al meldde gaat het mij er in het belang van de toekomst van Sunergy BV om, dat jij en [X] het op korte termijn eens worden over de wijze waarop jullie uit elkaar gaan.(…)”
3.1.12[geintimeerde sub 2] heeft daarop bij e-mailbericht van 29 januari 2009 als volgt gereageerd:
“(…) Ook jouw voorstel op hoofdlijnen is geen basis voor een gesprek met [X]. Uitgangspunt van dit (en van het vorige voorstel) is dat S’Energy op verschillende wijzen (via een earn-out/non-embarrassment, aandeelhouderschap, right of first refusal) betrokken blijft bij Sunergy. Dat is voor Delta gezien de aard en omvang van de gerezen geschillen geen optie (…). Op 3 februari 2009 wil ik graag (…) spreken over twee mogelijke oplossingen:
1) een volledige uitkoop inééns en geen voortzetting van de betrokkenheid van S’Energy/[X] bij Sunergy, met uitzondering van een eventuele betrokkenheid van[X] als ambassador (“clean break”); of:
2) een verdeling van de assets van Sunergy onder de aandeelhouders DELTA en S’Energy (“verdeling”); beide oplossingen met finale kwijting over en weer.(…)”
3.1.14Bij e-mailbericht van 11 februari 2009 heeft de advocaat van Delta aan mr. Leijten, destijds advocaat van S’Energy, een concept-vaststellingsovereenkomst en een concept-koopovereenkomst betreffende de aandelen toegezonden. In de concept-vaststellingsovereenkomst is een kwijtingsbepaling opgenomen.
Mr. Leijten heeft in reactie daarop een
mark-upvan de concept-vaststellingsovereen-komst gezonden. In deze mark-up is de tekst van bovenstaande kwijtingsbepaling gewijzigd in de tekst zoals die in artikel 3 van de definitieve vaststellingsovereenkomst is opgenomen.
3.1.16S’Energy heeft de definitieve vaststellingsovereenkomst op 2 maart 2009 ondertekend en Delta op 3 maart 2009. De tekst van de definitieve vaststellingsovereenkomst luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
“(...)
OVERWEGENDE
(...)
c. tussen de Aandeelhouders zijn na de datum van de ondertekening van de AHO geschillen gerezen over de financiering en de governance van Sunergy, alsook over het al dan niet bestaan van een inbrengverplichting van de door Delta Solar gehouden aandelen in het kapitaal van Solland (..) in Sunergy;
d. SES’Energy, hof]
heeft in het kader van deze geschillen vier juridische procedures tegen Delta, Delta Solar en Sunergy geëntameerd, te weten (…)(hierna tezamen aangeduid als: “de Procedures”);
e. SE heeft op 15 oktober 2008 conservatoir verhaalsbeslag gelegd op de aandelen in het kapitaal van Delta Solar en conservatoir beslag doen leggen tot afgifte van de door Delta Solar gehouden aandelen in het kapitaal van Solland (hierna: de “Beslagen”);
f. Delta heeft de overdrachtsverplichting op grond van artikel 6.1 AHO van de door SE gehouden aandelen in het kapitaal van Sunergy aan Delta ingeroepen en SE heeft de AHO opgezegd en de overdrachtsverplichting op grond van artikel 15.3 AHO van de door Delta gehouden aandelen in het kapitaal van Sunergy aan SE ingeroepen (hierna: de “Calls”);
g. Partijen hebben onderhandeld over een minnelijke regeling ter beëindiging van al hun geschillen waarop de Procedures en de Calls betrekking hebben, waarvan zij het resultaat in deze vaststellingsovereenkomst (hierna: “de Vaststellingsovereenkomst”) willen vastleggen;
(...)
ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1: Verkoop belang SE in Sunergy aan Delta
1.SE verkoopt hierbij alle door haar gehouden aandelen in het kapitaal van Sunergy (…) aan Delta en Delta koopt de Aandelen van SE voor een koopprijs van EUR 32.000.000 (tweeëndertig miljoen euro) (de “Koopprijs”), een en ander op de wijze en tegen de voorwaarden zoals neergelegd in deze Vaststellingsovereenkomst. (...)
Artikel 2: Beëindiging Procedures en opheffing Beslagen
SE bewerkstelligt dat de Procedures voor zover deze thans nog tussen Partijen aanhangig zijn op de eerste roldatum volgend op de ondertekening van de Vaststellingsovereenkomst worden geroyeerd. (..) Partijen zullen zich voorts onthouden van het instellen van enig rechtsmiddel in de Procedures. (...)
Artikel 3: Finale kwijting
Met de ondertekening van de Vaststellingsovereenkomst verlenen Partijen elkaar over en weer finale kwijting ten aanzien van de in de considerans bedoelde geschillen en Procedures en meer in het algemeen terzake van hun deelname in en betrokkenheid bij Sunergy, behoudens ten aanzien van de verplichtingen die voortvloeien uit deze Vaststellingsovereenkomst en de Leveringsakte. Dit betekent voorts dat SE en[X] geen bedragen meer verschuldigd zijn aan Sunergy en/of Delta en evenmin vice versa en dat ieder der Partijen voorzover nodig afstand doet van eventuele vorderingsrechten die zij mochten hebben jegens alle andere Partijen. (...)
Artikel 4: Geen ontbinding of vernietiging
Partijen doen afstand van hun recht om de Vaststellingsovereenkomst te vernietigen respectievelijk te ontbinden (..) of in rechte ontbinding van de Vaststellingsovereenkomst te vorderen.
(…).”
3.2.1S’Energy vorderde in eerste aanleg (in conventie), kort samengevat (onder I tot en met V) verklaringen voor recht dat Delta en [geintimeerde sub 2] jegens S’Energy onrechtmatig hebben gehandeld, wanprestatie hebben gepleegd, in strijd hebben gehandeld met de redelijkheid en billijkheid en zich schuldig hebben gemaakt aan dwang en misbruik van omstandigheden en aansprakelijk zijn voor de daardoor geleden schade, (onder VI) een verklaring voor recht dat Delta ongerechtvaardigd is verrijkt, (onder VII) vernietiging van art. 3 van de vaststellingsovereenkomst dan wel een verklaring voor recht dat een beroep daarop in strijd met de redelijkheid en billijkheid is en (VIII) veroordeling van Delta en [geintimeerde sub 2] tot vergoeding van de schade van S’Energy, op te maken bij staat, een en ander met veroordeling van Delta en [geintimeerde sub 2] in de proceskosten.
Delta en [geintimeerde sub 2] vorderden (in voorwaardelijke reconventie, na vermeerdering van eis) veroordeling van S’Energy in de daadwerkelijk gemaakte proceskosten, te weten
€ 127.370,08, met rente.
De rechtbank heeft zowel in conventie als in reconventie de vorderingen integraal afgewezen. In conventie heeft de rechtbank zich eerst afgevraagd of de kwijtingsclausule (art. 3 van de vaststellingsovereenkomst) uit hoofde van art. 3:44 BW vernietigd dient te worden (vordering onder VII). Toen zij die vraag ontkennend had beantwoord vloeide daaruit voort dat die clausule in de weg stond aan de onder I-VI gevorderde verklaringen voor recht en aan toewijzing van schadevergoeding, op te maken bij staat (vordering onder VIII). Een uitzondering daarop zou slechts aan de orde zijn als het beroep van S’Energy op die clausule in strijd zou zijn met art. 6:248 lid 2 BW, doch de rechtbank kwam tot de conclusie dat van zodanige strijd geen sprake was.
Gegeven die uitkomst kwam de rechtbank aan een inhoudelijk oordeel over het gedrag van [geintimeerde sub 2]/Delta (buiten voormelde context) niet toe. Tegen deze beslissing en de daaraan ten grondslag gelegde motivering komt S’Energy met haar 20 (19 specifieke en één algemene) grieven op.
Misbruik van omstandigheden