Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
mr. E.M. Tjon-En-Fate Den Haag,
mr. I.M.C.A. Reinders Folmerte Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van D.E.M. Management Services B.V. tegen Beleggings- en Exploitatiemaatschappij Nieuwburen B.V. over de onderhoudsverplichtingen van de verhuurder van een kantoorpand. D.E.M. is in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Haarlem, waarin de vorderingen van Nieuwburen zijn toegewezen en de tegenvorderingen van D.E.M. zijn afgewezen. De kern van het geschil betreft de uitleg van de term 'normale slijtage' in de huurovereenkomst en welke onderhoudsverplichtingen hieruit voortvloeien voor de verhuurder.
De partijen hebben in de huurovereenkomst afwijkingen van de wettelijke regeling vastgelegd, waarbij de ROZ-voorwaarden van toepassing zijn. D.E.M. stelt dat Nieuwburen verantwoordelijk is voor vrijwel alle onderhoudsverplichtingen, met uitzondering van normale slijtage. Nieuwburen betwist deze uitleg en stelt dat zij niet verantwoordelijk is voor kosten die voortvloeien uit normale slijtage, maar enkel voor kosten die voortkomen uit bijzondere omstandigheden zoals wateroverlast of brand.
Het hof oordeelt dat de uitleg van D.E.M. over de onderhoudsverplichtingen juist is en laat Nieuwburen toe tot bewijs van haar afwijkende uitleg. Het hof verwijst de zaak naar de rol voor het horen van getuigen en houdt verdere beslissingen aan. Dit arrest is gewezen door een meervoudige kamer van het Gerechtshof Amsterdam op 28 januari 2014.