Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
mr. M. Dickhoffte Diemen,
mr. P.G. Wemmerste Alkmaar.
1.Het geding in hoger beroep
2.Beoordeling
grieven 1 en 3van [appellant] lenen zich voor gezamenlijke behandeling. Hij betoogt dat de rechtbank het pad ten onrechte heeft aangewezen als noodweg. [appellant] is bereid te blijven gedogen dat [geïntimeerde] en de zijnen te voet gebruik maken van het pad, zodat een aanwijzing als noodweg niet noodzakelijk is. Door het gedogen heeft [geïntimeerde] vanaf [perceel 2] een behoorlijke toegang tot de openbare weg, zodat deze geen belang heeft bij de aanwijzing van het pad als noodweg, aldus [appellant].
grief 2komt [appellant] op tegen deze afwijzing. Ter onderbouwing van zijn eigendomsrecht heeft hij verwezen naar de door hem overgelegde kadastrale kaart.