ECLI:NL:GHAMS:2014:1257
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J. den Boer
- E.F. Faase
- D.J. de Korte
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vennootschapsbelasting en herinvesteringsreserve van [X] B.V.
In deze zaak gaat het om de hoger beroepen van [X] B.V. tegen uitspraken van de rechtbank Noord-Holland over aanslagen vennootschapsbelasting voor de jaren 2007 en 2008. De inspecteur had aan [X] B.V. voor 2007 een aanslag opgelegd op basis van een belastbaar bedrag van € 445.179, waarbij een vrijval van de herinvesteringsreserve (HIR) was meegenomen. De rechtbank verklaarde het beroep van [X] B.V. voor 2007 niet-ontvankelijk, omdat de gemachtigde geen beroep had ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar. Voor 2008 was de aanslag vastgesteld op € 1.200.000, waarbij de inspecteur interne compensatie toepaste en de garantievoorziening tot de winst rekende. Het Hof bevestigde de beslissing van de rechtbank en oordeelde dat de HIR in 2007 volledig was vrijgevallen, waardoor deze niet meer op de balans stond in 2008. Het Hof oordeelde dat de inspecteur terecht de aanslag voor 2008 had opgelegd, omdat [X] B.V. geen aangifte had gedaan en geen overtuigende onderbouwing had gegeven voor de stelling dat het belastbaar bedrag te hoog was vastgesteld. De rechtbank had ook de heffingsrente en verzuimboete bevestigd, omdat [X] B.V. geen grieven had aangevoerd tegen deze beslissingen. Het Hof concludeerde dat het hoger beroep ongegrond was en bevestigde de uitspraken van de rechtbank.