Uitspraak
Onderzoek van de zaak
13 februari 2014 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Tenlastelegging
dat hij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2011 tot en met 26 augustus 2011 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de Bernadottestraat 18 te Hoofddorp, heeft weggenomen elektrische- en/of computer apparatuur, waaronder
dat hij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2011 tot en met 31 augustus 2011 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
dat hij in of omstreeks de periode van 14 december 2010 tot en met 15 december 2010 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, in ieder geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de Wilsonstraat 187 te Hoofddorp, heeft weggenomen elektrische - en/of computer apparatuur waaronder
dat hij in of omstreeks de periode van 14 december 2010 tot en met 31 augustus 2011 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen
dat hij op of omstreeks 1 september 2011 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer, een of meer wapens van categorie I, onder 3, te weten een boksbeugel, voorhanden heeft gehad;
Vonnis waarvan beroep
Vrijspraak
Bewezenverklaring
dat hij in de periode van 24 augustus 2011 tot en met 31 augustus 2011 te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer,
Bewijsmiddelen
feit 1 subsidiair:
aangever [benadeelde 1]:
[pagina’s 212 - 214].
medeverdachte[medeverdachte 1]:
[verdachte]:
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
feit 1 subsidiair:
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) weken.
4 (vier) weken, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.
mr. L. de Jong, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
27 februari 2014.