ECLI:NL:GHAMS:2014:1035

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
25 februari 2014
Publicatiedatum
1 april 2014
Zaaknummer
23-000708-13
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Noodtoestand bij snelheidsovertreding tijdens inhaalmanoeuvre

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 februari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in Alkmaar. De verdachte was beschuldigd van een snelheidsovertreding op 25 maart 2011 te Schoorl, waar hij met een snelheid van ongeveer 90 kilometer per uur reed, terwijl de maximumsnelheid 50 kilometer per uur was. De verdachte voerde aan dat hij deze snelheid had overschreden uit noodzaak, omdat hij tijdens een inhaalmanoeuvre geconfronteerd werd met een gevaarlijke verkeerssituatie. Hij stelde dat hij genoodzaakt was om zijn snelheid te verhogen om een aanrijding te voorkomen.

Het hof heeft de zaak onderzocht en vastgesteld dat de verdachte zich in een uitzonderlijke situatie bevond. De verdachte had ingehaald op een plek waar dit was toegestaan en de omstandigheden waren zodanig dat hij niet kon anticiperen op de plotselinge gevaarlijke situatie die zich voordeed. Het hof concludeerde dat de snelheidsovertreding het gevolg was van een noodtoestand, waardoor het bewezenverklaarde feit niet strafbaar was.

Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en sprak de verdachte vrij van alle rechtsvervolging. De uitspraak benadrukt de mogelijkheid van overmacht in verkeerssituaties en de noodzaak om de omstandigheden van een zaak zorgvuldig te wegen bij het vaststellen van strafbaarheid.

Uitspraak

parketnummer: 23-000708-13
datum uitspraak: 25 februari 2014
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter Sector kanton Alkmaar van 28 januari 2013 in de strafzaak onder parketnummer 14-051966-12 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1985,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 11 februari 2014.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 25 maart 2011 te Schoorl, gemeente Bergen (NH), binnen de bebouwde kom, als bestuurder van een motorvoertuig (personenauto) op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de N9-Schoorldam, heeft gereden met een snelheid van ongeveer 90 kilometer per uur, in elk geval de aldaar voor motorvoertuigen toegestane maximumsnelheid van 50 kilometer per uur met meer dan 30 kilometer per uur heeft overschreden.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de kantonrechter.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 25 maart 2011 te Schoorl, gemeente Bergen (NH), binnen de bebouwde kom, als bestuurder van een motorvoertuig (personenauto) op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de N9-Schoorldam, heeft gereden met een snelheid van ongeveer 90 kilometer per uur, en de aldaar voor motorvoertuigen toegestane maximumsnelheid van 50 kilometer per uur met meer dan 30 kilometer per uur heeft overschreden.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
het bewezen verklaarde levert op:
overtreding van het bepaalde bij artikel 20 aanhef en onder a van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990
De verdachte heeft – kort samengevat – aangevoerd dat hij tijdens een inhaalmanoeuvre zag dat een hem tegemoetkomend voertuig plotseling met een zeer hoge snelheid door een ander voertuig werd ingehaald. Omdat er een auto achter hem reed die ook aan het inhalen was, was de enig resterende vluchtweg in voorwaartse richting, waarbij hij, om een aanrijding te voorkomen, genoodzaakt was de maximumsnelheid kortstondig te overschrijden De door hem begane snelheidsovertreding was derhalve, aldus de verdachte, het gevolg van een door overmacht ontstane noodsituatie en/of noodweersituatie en hij dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Het hof overweegt hierover het volgende.
Het hof merkt allereerst op dat de verdachte heeft ingehaald op een wegtraject waar dit is toegestaan. Op grond van de verklaring van de verdachte is aannemelijk geworden, dat hij zich tijdens deze manoeuvre slechts uit een gevaarlijke situatie kon redden door zijn snelheid in ruime mate te verhogen.
Deze plotseling ontstane gevaarlijke verkeerssituatie was naar het oordeel van het hof dusdanig uitzonderlijk dat de verdachte niet kan worden tegengeworpen dat hij hierop voorafgaand aan zijn inhaalmanoeuvre had dienen te anticiperen en hiervan had dienen af te zien.
Het vorenstaande leidt het hof tot de conclusie dat sprake was van een noodtoestand. Het bewezenverklaarde feit is derhalve niet strafbaar en de verdachte dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde niet strafbaar en ontslaat de verdachte te dier zake van alle rechtsvervolging.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. N.A. Schimmel, mr. E. de Greeve en mr. F.M.D. Aardema, in tegenwoordigheid van M.C. Lieberwirth, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 25 februari 2014.
[...]