Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
- de man, bijgestaan door zijn advocaat.
2.De feiten
3.Het geschil in hoger beroep
- de Loyalis spaarpolis met nummer 5717832, onder de verplichting de helft van de waarde op 1 juli 2009 (de helft van € 4.113,30) aan de vrouw te vergoeden;
- de Loyalis levenslooppolis met nummer 5707832, zonder waardeverrekening.
- dat de beleggingsverzekering bij Delta Lloyd met nummer 2507094 ten name van de man per peildatum (1 juli 2009) bij helfte tussen de man en de vrouw gesplitst zal worden;
- dat de Loyalis levenslooppolis met nummer 5707832 aan de man wordt toegedeeld, onder de verplichting van de man de helft van de waarde per 1 juli 2009 aan de vrouw te betalen, dan wel dat het door de man uit dien hoofde aan de vrouw verschuldigde bedrag verrekend zal worden met het door de vrouw in het kader van de verdeling aan de man verschuldigde bedrag en de man opgedragen zal worden de waarde van deze polis per 1 juli 2009 bij Loyalis op te vragen, dan wel de vrouw zal worden gemachtigd deze waarde op te vragen;
- dat het FLO-pensioen aan de man wordt toegedeeld, onder de verplichting van de man de helft van de waarde per 1 juli 2009 aan de vrouw te betalen, dan wel dat het door de man uit dien hoofde aan de vrouw verschuldigde bedrag verrekend zal worden met het door de vrouw in het kader van de verdeling aan de man verschuldigde bedrag en de man opgedragen zal worden de waarde van het FLO-pensioen per 1 juli 2009 bij het PLO op te vragen, dan wel de vrouw gemachtigd zal worden deze waarde op te vragen.
4.Beoordeling van het hoger beroep
- de beleggingsverzekering bij Delta Lloyd nummer 2507094 (grief I)
- de Loyalis levenslooppolis nummer 5707832 (grief II);
- de FLO-uitkering (grief III);
- de Loyalis spaarpolis nummer 5717832 (incidentele grief).
- i) Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance is een in het kader van het collectieve FLO-overgangsrecht ontwikkeld product (zie art. 10.3 FLO-overgangsrecht), dat ten doel heeft het LOGA-pad uit te voeren, teneinde voor werknemers voor wie op 31 december 2005 functioneel leeftijdsontslag gold binnen de fiscale mogelijkheden vervroegd uittreden mogelijk te maken (art. 10, aanhef, en onder 2 FLO-overgangsrecht);
- ii) de levenslooppremies worden volledig uit een bruto werkgeversbijdrage (de levenslooptoelage) gefinancierd en de premies voor de spaarpolis worden volledig voldaan uit het netto-equivalent van een afzonderlijke werkgeversbijdrage, waarover premies en loonbelasting worden ingehouden, welke bijdrage de medewerker vanwege fiscale regels niet (bruto) kan inleggen op de levenslooppolis (art. 10.3 FLO-overgangsrecht);
- iii) de vaststelling van de hoogte van de totale werkgeversbijdrage, zowel voor de levenslooppremie als voor de spaarpremie, geschiedt door Loyalis op basis van een maatwerkpercentage (art. 10.6 FLO-overgangsrecht);
- iv) bij overlijden van de deelnemer vóór de pensioendatum wordt de waarde van het levenslooptegoed en het spaartegoed niet aan de nabestaanden uitgekeerd maar komt dit aan alle andere deelnemers ten gunste (art. 10.17 FLO-overgangsrecht);
- v) uitsluitend bij volledige deelname aan Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance (inleg van alle ontvangen werkgeversbijdragen in de polissen, art. 10.2 FLO-overgangsrecht) garandeert de werkgever dat het doeltegoed wordt bereikt (art. 10.1 FLO-overgangsrecht);
- vi) de werkgeversgarantie vervalt in geval de medewerker afwijkt van het LOGA-pad (art. 10.5 FLO-overgangsrecht) door:
- afkoop van de polissen;
- niet alle ontvangen werkgeversbijdragen in te leggen.