Uitspraak
mr. E. Tj. van Dalente Groningen,
mr. J.A. Trimbachte De Meern.
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
grief 1komt [appellant] op tegen de door de kantonrechter toegepaste huurprijsvermindering van (slechts) 15%, aangezien volgens hem zijn onderhoudsklachten ten aanzien van de woning van dien aard waren dat deze een huurprijsvermindering van 40% zouden rechtvaardigen.
de incidentele griefvan [geïntimeerde], die zij heeft opgeworpen om te voorkomen dat als vaststaand wordt aangenomen dat de door [appellant] aangevoerde onderhoudsklachten terecht waren, geen behandeling meer. Daarbij merkt het hof op dat de kantonrechter uitsluitend de door [geïntimeerde] toegepaste huurprijsvermindering van 15% heeft overgenomen, zonder zich daarbij in r.o.7 uit te laten over de gegrondheid van de onderhoudsklachten van [appellant].
grief 3faalt derhalve. [appellant] zal worden veroordeeld in de kosten van het geding in principaal appel. Het incidenteel appel heeft geen succes omdat dit niet leidt tot een andere beslissing. Het hof zal [geïntimeerde] veroordelen in de – op nihil te stellen – proceskosten in het incidenteel appel. Het door [appellant] gedane bewijsaanbod zal worden gepasseerd omdat dit niet is gebaseerd op voldoende geconcretiseerde stellingen die, indien al bewezen, tot een ander oordeel kunnen leiden.