Uitspraak
mr. R.J. Ouderdorpte Amsterdam,
mr. R.J. Wieboschte Haarlem.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat appellant heeft ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter te Zaandam. Appellant, vertegenwoordigd door mr. R.J. Ouderdorp, heeft op 6 januari 2011 hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van 7 oktober 2010. Gedurende de procedure heeft appellant zijn advocaat twee keer gewisseld en op 31 januari 2012 een memorie van grieven ingediend waarin hij zijn oorspronkelijke eis heeft gewijzigd. Geïntimeerden, vertegenwoordigd door mr. R.J. Wiebosch, hebben hierop gereageerd met een memorie van antwoord op 22 mei 2012. De zaak is vervolgens verwezen naar de rol voor partijberaad, maar appellant heeft op 7 augustus 2012 opnieuw zijn eis gewijzigd en nieuwe grieven aangevoerd, wat door de geïntimeerden werd betwist.
Het hof heeft in zijn beoordeling de twee-conclusie-regel besproken, die inhoudt dat grieven in beginsel niet later dan in de memorie van grieven of antwoord mogen worden aangevoerd. Uitzonderingen op deze regel zijn mogelijk, maar alleen onder specifieke omstandigheden. Appellant heeft betoogd dat zijn eerdere advocaat zonder zijn toestemming zijn eis had beperkt, maar het hof oordeelt dat appellant niet binnen bekwame tijd heeft gereageerd op deze wijziging. De goede procesorde vereist dat hij tijdig in rechte mededeling doet van zijn bezwaar tegen de eiswijziging.
Het hof concludeert dat er onvoldoende redenen zijn om een uitzondering op de twee-conclusie-regel toe te laten. Het bezwaar van de geïntimeerden tegen de eiswijziging is gegrond. De zaak wordt verwezen naar de rol voor partijberaad op 20 november 2012, waarbij verdere beslissingen worden aangehouden.