GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
BESCHIKKINGin de zaak met zaaknummer 200.092.219/01 OK
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verzoekster],
gevestigd te [...],
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. C.J. Jager, kantoorhoudende te Amsterdam,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LEIDSESTRAAT APOTHEEK B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER,
niet verschenen,
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FIRST ATJEH HOLDING B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[Belanghebbende 2],
gevestigd te [...],
BELANGHEBBENDEN,
advocaten:
mr. G.C. Vergouwenen
mr. S.J.T. ten Have, kantoorhoudende te Eindhoven.
1. Het verloop van het geding
1.1 In het vervolg zal verzoekster worden aangeduid als [verzoekster] en verweerster als Leidsestraat Apotheek of als de vennootschap. Belanghebbenden zullen afzonderlijk worden aangeduid als FAH respectievelijk [Belanghebbende 2] en gezamenlijk ook als FAH c.s.
1.2 [verzoekster] heeft bij op 15 augustus 2011 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht, bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Leidsestraat Apotheek over het tijdvak van 1 september 2008 tot 15 augustus 2011 (de datum van het verzoekschrift);
bij wijze van onmiddellijke voorzieningen voor de duur van het geding
a. FAH te ontslaan als statutair bestuurder van Leidsestraat Apotheek dan wel als zodanig te schorsen;
b. [Belanghebbende 2] te ontslaan als statutair bestuurder van Leidsestraat Apotheek dan wel als zodanig te schorsen;
c. het stemrecht van FAH verbonden aan de door haar gehouden aandelen in Leidsestraat Apotheek te schorsen voor zover het betreft de redding van de Leidsestraat Apotheek;
d. het stemrecht van [Belanghebbende 2] verbonden aan de door haar gehouden aandelen in Leidsestraat Apotheek te schorsen voor zover het betreft de redding van de Leidsestraat Apotheek;
e. zodanige onmiddellijke voorziening(en) te treffen als de Ondernemingskamer in goede justitie geraden acht;
3. Leidsestraat Apotheek te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.3 FAH c.s. hebben bij op 6 oktober 2011 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verweerschrift met producties de Ondernemingskamer verzocht, bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Leidsestraat Apotheek 0ver het tijdvak van 1 september 2008 tot 16 augustus 2011;
het onderzoek te doen inrichten en uitvoeren zoals nader omschreven in het verweerschrift;
verzoekster niet ontvankelijk te verklaren in haar verzoek tot het treffen van onmiddellijke voorzieningen althans dat verzoek af te wijzen;
Leidsestraat Apotheek te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.4 De verzoeken zijn behandeld ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 20 oktober 2011. Bij die gelegenheid hebben de advocaten de standpunten van de onderscheiden partijen toegelicht aan de hand van – aan de Ondernemingskamer en de wederpartij overgelegde – pleitaantekeningen en wat mr. Jager betreft onder overlegging van op voorhand aan de Ondernemingskamer en de wederpartij gezonden nadere producties.
1.5 Ter voormelde terechtzitting heeft mr. Jager het verzoek zoals weergegeven in 1.2 onder 2 uitgebreid met het verzoek om een onafhankelijk bestuurder te benoemen.
2 De feiten
De Ondernemingskamer gaat uit van de volgende feiten:
2.1Enig aandeelhouder en bestuurder van [verzoekster] is [A] (hierna [A] te noemen). Enig aandeelhouder van [A] is [B] (hierna [B] te noemen). [B] vormt samen met zijn broer, [C], het bestuur van [A].
2.2Leidsestraat Apotheek exploiteert een (dienst)apotheek in de Leidsestraat in Amsterdam (hierna: de apotheek te noemen).
2.3Vanaf 23 mei 2006 waren FAH en [Belanghebbende 2] ieder voor 50% aandeelhouder van Leidsestraat Apotheek. Zij vormden met ingang van die datum tevens het bestuur. Enig aandeelhouder en enig bestuurder van FAH is [D] (hierna [D] te noemen). [E] (hierna [E] te noemen) is enig aandeelhouder en enig bestuurder van [Belanghebbende 2].
2.4Sinds medio 2005 heeft Leidsestraat Apotheek een kredietfaciliteit ten belope van € 300.000 bij ABN Amro Bank B.V. (hierna ABN Amro te noemen). Leidsestraat Apotheek heeft tot zekerheid van terugbetaling van het krediet haar huidige en toekomstige voorraden en bedrijfsinventaris in pand gegeven aan ABN Amro.
2.5In januari 2008 hebben [D] en [E] ieder een bedrag van € 250.000 aan Leidsestraat Apotheek geleend. De onderhandse akte van 22 januari 2008, waarin de overeenkomsten van geldlening zijn vastgelegd, luidt, voor zover hier van belang:
“
Artikel 3
De lening loopt tot en met 28 januari 2009 en zal worden afgelost:
- slechts dan als de financiële positie van leningnemer dit toelaat (…)”
In deze overeenkomst is ten behoeve van [D] en [E] een stil pandrecht gevestigd op (toekomstige) handelsvoorraden en vorderingen. In 2008 is in totaal € 340.000 op deze lening afgelost.
2.6Op 22 februari 2008 heeft Leidsestraat Apotheek een kredietfaciliteit verkregen van CenE Bankiers N.V. (hierna CenE Bankiers te noemen), bestaande uit een krediet van € 500.000 in rekening-courant. Tot zekerheid voor de terugbetaling heeft Leidsestraat Apotheek “
de praktijk” aan CenE Bankiers verpand. Op 7 april 2009 heeft CenE Bankiers de rekening courantfaciliteit van Leidsestraat Apotheek op verzoek van FAH c.s. tijdelijk verhoogd naar € 600.000.
2.7In september 2008 heeft Leidsestraat Apotheek een overeenkomst tot opdracht gesloten met [verzoekster]. Op grond van deze overeenkomst heeft [verzoekster] haar werknemer [B] aan Leidsestraat Apotheek beschikbaar gesteld om als beherend apotheker werkzaamheden voor Leidsestraat Apotheek uit te voeren tegen betaling van een jaarlijkse vergoeding van € 125.000 exclusief reiskosten. [B] heeft zich als zodanig ingeschreven in het register der gevestigde apothekers dat wordt gehouden door de Inspectie voor de Gezondheidszorg. [B] heeft zijn broer [C] ingeschakeld om hem te assisteren bij het financiële en administratieve gedeelte van zijn werkzaamheden voor Leidsestraat Apotheek.
2.8Op 31 december 2008 heeft de vennootschap nieuwe aandelen uitgegeven. Sinds deze uitgifte houden FAH en [Belanghebbende 2] ieder 42,5% en [verzoekster] 15% van de aandelen in het geplaatste kapitaal in Leidsestraat Apotheek. [B] trad op voornoemde datum toe tot het bestuur van Leidsestraat Apotheek. De bestuurders waren zelfstandig bevoegd de vennootschap te vertegenwoordigen. De dagelijkse leiding van de apotheek was in handen van [B].
2.9In een e-mail van 2 november 2009 heeft [E] aan [D], [B] en [C] met betrekking tot de hiervoor onder 2.5 bedoelde lening geschreven, voor zover van belang:
“Indien er bij jullie geen zwaarwegende redenen zijn, zal ik woensdag aan [[D]] en mij ieder 25K terugbetalen. De r.c. komt dan op ca. 407K, hetgeen nog ver onder de afgesproken 450K is.”
[C] heeft hierop bij e-mail van 4 november 2009 geantwoord, voor zover hier van belang:
“2x 25K terugbetalen lijkt ons ook geen probleem, met dien verstande dat er voldoende liquiditeit is voor de verbouwing en uitkering van de winst over 2009. Daarnaast denk ik dat de lening van jullie beiden op een kleine pluk [verzoekster] volledig is afgelost.”
2.1Leidsestraat Apotheek heeft op 4 november 2009 in totaal € 50.000 afgelost op de hiervoor onder 2.5 bedoelde leningen van [D] en [E].
2.11Op grond van op 10 februari 2010 gesloten overeenkomsten tot opdracht is Leidsestraat Apotheek een jaarlijkse managementvergoeding van € 72.000 verschuldigd aan zowel FAH als [Belanghebbende 2] ter zake van werkzaamheden van [D] onderscheidenlijk [E]. Op dezelfde datum hebben Leidsestraat Apotheek en [A] een nieuwe overeenkomst gesloten waarin de vergoeding voor de werkzaamheden van [B] is verhoogd tot € 149.000 per jaar inclusief onkostenvergoeding. Voornoemde vergoedingen werden, indien er onvoldoende liquiditeit was, geboekt in de rekening-courantverhouding van Leidsestraat Apotheek met de respectievelijke bestuurders/aandeelhouders.
2.12Op 31 augustus 2010 is aan FAH en [Belanghebbende 2] elk een bedrag van € 18.000 (exclusief BTW) uitgekeerd ter zake van de managementvergoedingen over de maanden juni, juli en augustus 2010. Op 29 september 2010 is een bedrag van € 48.400 aan [verzoekster] uitgekeerd en in mindering op de vordering in rekening-courant gebracht. FAH en [Belanghebbende 2] hebben op 31 december 2010 ieder een uitkering ontvangen van € 18.000, met welk bedrag de rekening-courant vorderingen telkens zijn verminderd. Op 1 februari 2011 is een bedrag van € 12.000 betaald aan FAH en aan [Belanghebbende 2] betreffende de managementvergoedingen over de maanden november en december 2010. Op laatstgenoemde datum is tevens aan FAH een bedrag van € 829 en aan [Belanghebbende 2] € 693 uitgekeerd als aflossing op de rekening-courantverhouding.
2.13Leidsestraat Apotheek verkoopt in de door haar geëxploiteerde apotheek naast geneesmiddelen (onder andere) artikelen van L’Oréal Nederland B.V. (voorheen Cosmetique Active Nederland B.V., hierna L’Oréal te noemen). L’Oréal heeft aan Leidsestraat Apotheek een bijdrage toegezegd voor de verbouwing van de apotheek. Voorts bestond tussen Leidsestraat Apotheek en L’Oréal de afspraak dat wanneer een omzet van minimaal € 120.000 aan L’Oréal-producten is gerealiseerd, Leidsestraat Apotheek een eindejaarskorting ontvangt.
2.14In september 2010 heeft [verzoekster] de naamloze vennootschap Citopharma N.V. (hierna Citopharma te noemen) opgericht. Citopharma exploiteert een webshop waarin onder meer producten van L’Oréal worden verkocht.
2.15Bij brief van 9 maart 2011 heeft CenE Bankiers aan Leidsestraat Apotheek een offerte uitgebracht voor een verhoging van het krediet in rekening-courant tot € 750.000. [B] heeft – onder meer – bij e-mails van 12 en 17 maart 2011 aan [D] bezwaar gemaakt tegen de verhoging van het krediet.
2.16[verzoekster] heeft bij brief van 16 maart 2011 haar aandelen in het geplaatste kapitaal van Leidsestraat Apotheek aan haar medeaandeelhouders aangeboden.
2.17De notulen van de algemene vergadering van aandeelhouders, gehouden op 18 maart 2011, waarin [Belanghebbende 2] (in de notulen afgekort als [Belanghebbende 2]) en FAH aanwezig waren en [verzoekster] (in de notulen afgekort als [verzoekster]) afwezig was, luiden voor zover hier van belang:
“4.Verhoging rekening courant C en E bank.
De C en E bank heeft een offerte afgegeven voor het verhogen van het rekening courant krediet. Dit ter financiering van werkkapitaal van de Leidsestraat Apotheek B.V. De C en E bank vraagt tot zekerheid voor terugbetaling, de verpanding van de praktijk van de apotheek. [verzoekster] heeft te kennen gegeven, de verhoging van het krediet tot op heden niet wenselijk te vinden, daar zij zich afvraagt of deze verhoging belemmerend kan werken i.v.m. eventuele verkoop van de apotheek. FAH en [Belanghebbende 2] achten de verhoging van het rekening courant krediet voor dit moment noodzakelijk. Vast staat, dat op dit moment de offerte van C en E niet getekend kan worden, daar volgens de statuten minimaal 90% van het aandelenkapitaal met een verhoging akkoord moet gaan. Daar [verzoekster] niet op deze aandeelhoudersvergadering is verschenen, kan hier geen beslissing in worden genomen. Door het niet rechtsgeldig kunnen ondertekenen van de C en E offerte, kunnen er financiële negatieve gevolgen voor de Leidsestraat Apotheek B.V. ontstaan. De vergadering besluit daarom, dat deze negatieve financiële gevolgen voor rekening komen voor degene die deze offerte niet wil en/of kan meeondertekenen.
(…)
10.Rekening courant aandeelhouders en schuld aan aandeelhouders
Eerder dit jaar is besloten om per maand te bekijken of en hoeveel hiervan door de Leidsestraat Apotheek B.V. aan de aandeelhouders kan worden terugbetaald.
De vergadering besluit, dat tot eind 2011 geen terugbetaling zal plaatsvinden, tenzij één of meerdere aandeelhouders hun aandeel verkoopt en daardoor een gewijzigde situatie is ontstaan.”
2.18Op 26 mei 2011 heeft [B] het volgende geschreven aan zijn medebestuurders, voor zover hier van belang:
“Geachte medebestuurders,
Hierbij geef ik schriftelijk te kennen niet aanwezig te kunnen zijn bij de abrupt geplande vergadering van (…) 27 mei 2011. (…)
Onderstaand toch al een korte reactie geven op de voorgestelde agendapunten
(…)
5 Het afscheid nemen van de accountant lijkt me geen goed idee. (…) Gezien de aanbieding van de aandelen van door [verzoekster] is het niet wenselijk dat er nu van accountant wordt gewisseld.”
2.19De notulen van de bestuursvergadering van 27 mei 2011 waarin enkel [Belanghebbende 2] (afgekort als [Belanghebbende 2]) aanwezig was, luiden, voor zover hier van belang:
“2.Terugbetaling opname rc op 24 mei 2011
[Belanghebbende 2] en FAH hebben op 25 mei 2011 geconstateerd, dat [B] zonder hen of de aandeelhouders daarvan in kennis te stellen 63.469,- aan [verzoekster] heeft betaald.
(…)
5. [verzoekster] veelvuldig overleg, besluit de vergadering bestaande boekhouder te ontslaan en Mazars als nieuwe boekhouder te benoemen.”
2.2Op 9 juni 2011 hebben FAH c.s. – naar aanleiding van de op 9 maart 2011 uitgebrachte offerte – aan CenE Bankiers bericht de offerte te accepteren.
2.21In de algemene vergadering van aandeelhouders van Leidsestraat Apotheek van 17 juni 2011, waarin alle aandeelhouders aanwezig waren, is met algemene stemmen besloten tot het ontslag van Rossewij Financiële Dienstverlening B.V. en de benoeming van Mazars Nederland B.V. tot nieuwe accountant van Leidsestraat Apotheek met ingang van het boekjaar 2011.
2.22ABN Amro heeft, naar aanleiding van een verzoek van [E] van 4 juli 2011, de rekening-courant faciliteit met onmiddellijke ingang opgeheven en de daarbij gestelde zekerheden vrij gegeven.
2.23Op 18 juli 2011 heeft [F], assistent-apotheker in de apotheek, namens Leidsestraat Apotheek aangifte gedaan van inbraak in de apotheek waarbij zes zakjes met dagopbrengst uit de kleine kluis zijn ontvreemd.
2.24[D] en [E] enerzijds en Leidsestraat Apotheek anderzijds hebben op 19 juli 2011 een “
allonge”, behorende bij de in 2.6 bedoelde overeenkomsten van geldlening van 22 januari 2008, ondertekend waarin is overeengekomen dat de ten behoeve van voornoemde geldleningovereenkomst gestelde zekerheden komen te vervallen.
2.25[G] (hierna [G] te noemen) heeft tijdens vakantie van [B] vanaf 21 juli 2011 waargenomen in de apotheek. [B] heeft vanaf zijn vakantieadres [G] vervangen door een andere waarnemend apotheker.
2.26Op 2 augustus 2011 hebben FAH c.s., in afwezigheid van [B] in verband met vakantie, een bestuursvergadering gehouden waarin onder meer is besloten de managementovereenkomst met [verzoekster] op te schorten en [B] de toegang tot de apotheek te weigeren. In de bestuursvergadering van 9 augustus 2011 is, wederom buiten aanwezigheid van [B], besloten de overeenkomsten tussen Leidsestraat Apotheek en [verzoekster] te ontbinden althans op te zeggen en [B] te verzoeken dan wel te sommeren zich uit te schrijven als gevestigd apotheker van de apotheek.
2.27FAH en [Belanghebbende 2] hebben op 3 augustus 2011 een bedrag van € 175.000 geleend aan Leidsestraat Apotheek.
2.28[E] en [D] hebben op 11 augustus 2011 aangifte gedaan van verduistering, oplichting, fraude en handel in illegale medicijnen (evt. in dienstbetrekking) tegen [B]. In het proces-verbaal van de aangifte is onder meer de volgende verklaring van [E] opgenomen:
“Op woensdag 11[bedoeld wordt 10, OK]
augustus 2011 rond 23.00 uur zag ik (…) een auto voor de apotheek aan de Prinsengracht kant stoppen. Ik ben samen met [D] naar buiten gelopen en zag een Seat auto staan. Ik zag ook een jongeman en vrouw staan. Wij herkenden beide personen als [C] en [H]. Wij zagen een kofferbak openstaan en zag dat [C] een blauwkleurige krat van de firma Brocacef groothandel (een farmaceutische) uit de kofferbak wilde pakken. (…) Direct hebben wij deze personen aangehouden en [G] heeft de politie gebeld welke [C] en [H] van ons hebben overgenomen.”
2.29De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft op 16 augustus 2011 [B] op zijn verzoek uitgeschreven en [D] ingeschreven als gevestigd apotheker voor de apotheek.
2.3In de bestuursvergadering van 16 augustus 2011 waar alle bestuurders van de vennootschap aanwezig waren, zijn de bestuursbesluiten van 2 en 9 augustus 2011 alsmede de handelingen die namens de vennootschap zijn verricht in verband met deze bestuursbesluiten, voor zover nodig, goedgekeurd, bekrachtigd en bevestigd.
2.31In de eveneens op 16 augustus 2011 gehouden algemene vergadering van aandeelhouders, waarin alle aandeelhouders van Leidsestraat Apotheek aanwezig waren alsmede een raadsman aan de zijde van [B], is, nadat [B] in de gelegenheid was gesteld zijn zienswijze te geven, met meerderheid van stemmen besloten [B] met onmiddellijke ingang te ontslaan als bestuurder van de vennootschap, hem te ontheffen van zijn bestuurlijke bevoegdheden alsmede daar aantekening van te laten maken in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
2.32Een e-mail bericht van een medewerkster van L’Oréal aan [E], gedateerd 1 september 2011, houdt onder meer in:
“
(…) de aanbetalingen voor Citopharma (…) zijn ontvangen van het rekeningnummer van [Apotheek] Leidsestraat (…)”.
2.33FAH c.s. hebben een op 4 oktober 2011 gedateerde, ongetekende verklaring overgelegd, die volgens hen is afgelegd door de
salesmanagervan L’Oréal. Die verklaring houdt onder meer in:
“
[C] (…) laat weten de groeibonus over het jaar 2010 te verdelen onder citopharma en Leidsestraat. De verrekening vindt uiteindelijk plaats als een verrekening op openstanade posten van Citopharma. [L’Oréal heeft] meebetaald aan een verbouwing van apotheek Leidsestraat voor een bedrag van 17000€ (…)”.
2.34Leidsestraat Apotheek en FAH c.s. hebben in een kort geding procedure gevorderd:
1) veroordeling van [B] en [verzoekster] tot afgifte van de administratie van Leidsestraat Apotheek, 2) een verbod voor [B] en [verzoekster] om werkzaamheden te verrichten voor Leidsestraat Apotheek alsmede 3) een gebod voor [B] en [verzoekster] om alle handelingen te staken en gestaakt te houden die medewerkers en bestuurders van Leidsestraat Apotheek frustreren in de uitoefening van de werkzaamheden. De gevraagde voorzieningen zijn bij vonnis van 13 september 2011 geweigerd.