ECLI:NL:GHAMS:2011:BT6910

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 oktober 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
21-000720-11
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor verdachte in zaak van ongeschikt transport van gewond rund

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 4 oktober 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Utrecht. De verdachte was beschuldigd van het laten vervoeren van een gewond, zwak en/of ziek rund dat niet geschikt was voor het voorgenomen transport, en van het veroorzaken van onnodig lijden aan het dier door de vervoersomstandigheden. Het hof heeft vastgesteld dat niet buiten redelijke twijfel bewezen is dat het rund niet mocht worden vervoerd. De verdachte was niet aanwezig bij het laden van het rund en ging ervan uit dat de transporteur de nodige maatregelen zou nemen om het welzijn van het dier te waarborgen. Hierdoor kon de tenlastelegging niet worden bewezen.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en opnieuw recht gedaan. De tenlastelegging bevatte enkele taal- en schrijffouten, maar deze hebben de verdachte niet geschaad in zijn verdediging. Het hof heeft geconcludeerd dat de inhoud van de wettige bewijsmiddelen niet voldoende was om de overtuiging te verkrijgen dat de verdachte het tenlastegelegde feit had begaan. Daarom heeft het hof de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen.

De uitspraak is gedaan door een kamer van het hof, bestaande uit de voorzitter en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken. De griffier heeft de uitspraak genoteerd en het arrest is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. L.E.M. Hendriks, die buiten staat was om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

Sector strafrecht
Parketnummer: 21-000720-11
Uitspraak d.d.: 4 oktober 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de economische kamer
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Utrecht van 8 februari 2011 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [postcode en woonplaats], [adres].
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 20 september 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I). Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 19 maart 2009 tot en met 20 maart 2009 te Maasbergen en/of Tilburg, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
heeft gehandeld in strijd met artikel 3 van de EG-verordening nr. 1/2005,
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) een gewond, zwak en/of ziek rund ([nummer]) laten vervoeren dat niet geschikt was voor het voorgenomen transport en/of terwijl de vervoersomstandigheden dusdanig waren dat aan dit dier onnodig lijden werd berokkend en/of terwijl dit rund niet in staat was te worden vervoerd, daar dit rund niet op eigen kracht pijnloos kon bewegen en/of niet zonder hulp kon lopen.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Het hof merkt hieromtrent op dat niet buiten redelijke twijfel bewezen is dat het betreffende rund niet mocht worden vervoerd, zodat de tenlastegelegde zinsnedes ‘een gewond, zwak en/of ziek rund ([nummer]) laten vervoeren dat niet geschikt was voor het voorgenomen transport’ en ‘terwijl dit rund niet in staat was te worden vervoerd’ niet kunnen worden bewezen.
Ten aanzien van de tenlastegelegde zinsnede ‘terwijl de vervoersomstandigheden dusdanig waren dat aan dit dier onnodig lijden werd berokkend’ wordt voorts opgemerkt dat verdachte niet bij het laden van het rund en het transport aanwezig is geweest en dat verdachte er vanuit is gegaan dat er door de transporteur bijzondere maatregelen zouden worden genomen bij het transport van het rund. Dat zou dan, de eerder bereikte conclusie vrijspraak weggedacht, tot ontslag van alle rechtsvervolging moeten leiden.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Aldus gewezen door
mr B.P.J.A.M. van der Pol, voorzitter,
mr J.A.W. Lensing en mr L.E.M. Hendriks, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr N.D. Mavus-ten Elshof, griffier,
en op 4 oktober 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr L.E.M. Hendriks is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.