ECLI:NL:GHAMS:2011:BT6520
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.A.W. Lensing
- R. de Groot
- P.H.A.J. Cremers
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in vuurwerkzaak wegens verwarring met naamgenoot
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 mei 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Utrecht. De verdachte was aangeklaagd voor het bezit van illegaal vuurwerk, maar het hof heeft geoordeeld dat de verdachte die voor hen stond niet dezelfde persoon was als degene die in het proces-verbaal van de opsporingsdienst was aangemerkt. De verdachte, die dezelfde voornaam had als de in het proces-verbaal genoemde verdachte, werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Het hof heeft vastgesteld dat er geen overtuigend bewijs was dat de verdachte de feiten had begaan, en heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd. De tenlastelegging bevatte enkele taal- en schrijffouten, maar deze waren niet van invloed op de verdediging van de verdachte. Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte niet schuldig was aan de hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.