Uitspraak
mr. W.M.J. Weijers, kantoorhoudende te Waalre,
mr. M.A.L.M. Willems, kantoorhoudende te Amsterdam.
1.Het verloop van het geding
2.De vaststaande feiten
memorandum of examination’over te leggen ten behoeve van de consolidatie van BGHB in de jaarrekening van [A] . [B] heeft dit geweigerd.
3.De gronden van de beslissing
- op het handelen en nalaten van [D] en [A] ten aanzien van BGHB, derhalve op het handelen en nalaten (van de moedervennootschap) van de meerderheidsaandeelhouder ,
- op de vraag in hoeverre de (zeggenschaps)verhoudingen zoals deze bestonden in de periode van SMT Bouw tussen Kronenborgh en [A] zijn voortgezet binnen BHGB en derhalve op de vermogensrechtelijke verhoudingen tussen de aandeelhouders, en
- in beperkte mate ook op het handelen en nalaten van BHGB.
- voor zover al duidelijk - overwegend betrekking heeft op het handelen en nalaten van de meerderheidsaandeelhouder, zonder dat dit te herleiden is tot beleid van BGHB, en op zuiver vermogensrechtelijke verhoudingen.