ECLI:NL:GHAMS:2010:BP9702
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- G.J. Visser
- E.E. van Tuyll van Serooskerken - Röell
- J. Wortel
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake voeging en niet-ontvankelijkverklaring in civiele procedure met internationale elementen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over een spoed kort geding. De appellanten, [appellant 1] en [appellant 2], hebben op 15 juni 2010 een memorie ingediend met drieëndertig grieven en een eisvermeerdering. De zaak betreft de rechtsgeldigheid van besluiten genomen door Yukos CIS als aandeelhouder van Wincanton, en de rol van de Armeense en Russische rechtspraak in deze context. De appellanten vorderen onder andere dat het hof hen machtigt om ongedaan te maken wat door [geïntimeerde 1] is gedaan als vermeende bestuurder van Wincanton, totdat er onherroepelijke uitspraken zijn gedaan door de Armeense en Nederlandse rechters over de eigendom van de aandelen en de rechtmatigheid van de besluiten.
De geïntimeerden, waaronder Yukos CIS en Wincanton, hebben bezwaar gemaakt tegen de eisvermeerdering en hebben een incidentele vordering tot niet-ontvankelijkverklaring ingediend. Het hof heeft geoordeeld dat de wijziging van de eis niet in strijd is met de goede procesorde en dat de bezwaren van de geïntimeerden niet gegrond zijn. De vordering tot voeging van Hulley c.s. aan de zijde van de appellanten is afgewezen, omdat het hof van oordeel is dat zij onvoldoende hebben aangetoond dat hun rechtspositie in gevaar komt door de uitkomst van het geding.
Het hof heeft de vorderingen van de appellanten en de incidenten van de geïntimeerden afgewezen en de kosten van de incidenten toegewezen aan de in het ongelijk gestelde partijen. De hoofdzaak is verwezen naar de rol voor memorie van antwoord, waarbij de appellanten opnieuw verhinderdata moeten opgeven voor een pleidooi. De uitspraak is gedaan door de vierden meervoudige burgerlijke kamer van het Gerechtshof Amsterdam.