ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9305
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- W.J. Noordhuizen
- J.C.W. Rang
- G.C.C. Lewin
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de garantie bij veilingkoop van onroerende zaken en de uitleg van bijzondere veilingvoorwaarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [ Appellant ] tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam, waarin de vordering tot schadevergoeding van € 60.000,= werd afgewezen. De zaak betreft de veilingkoop van een onroerende zaak aan de Molsteeg 8 te Amsterdam, waarbij de algemene veilingvoorwaarden onroerend goed Amsterdam 2001 van toepassing zijn. De rechtbank had geoordeeld dat de verkoper, Vinoly c.s., zich terecht had beroepen op de vervaltermijn van artikel 15 lid 9 van de AVA en dat er geen (voor-)aanschrijving of mondelinge aanzegging had plaatsgevonden zoals bedoeld in de garantie.
[ Appellant ] had in hoger beroep twee grieven aangevoerd. De eerste grief betrof de uitleg van de mededelingen van de dienst Bouwtoezicht aan LFB, die volgens [ Appellant ] gelijkgesteld zouden moeten worden aan een mondelinge aanzegging. Het hof oordeelde echter dat de mededelingen van de dienst Bouwtoezicht niet als een mondelinge aanzegging konden worden beschouwd, omdat er onvoldoende bewijs was dat deze mededelingen de waarschuwing inhielden dat er een (voor-)aanschrijving zou volgen.
De tweede grief van [ Appellant ] betrof de uitleg van de garantie die door Vinoly c.s. was gegeven. Het hof concludeerde dat de bijzondere veilingvoorwaarden duidelijk maakten dat slechts een zeer beperkte garantie werd verstrekt en dat er geen aanleiding was voor een ruime uitleg. Het hof bevestigde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de vordering van [ Appellant ] moest worden afgewezen.
Uiteindelijk bekrachtigde het hof het bestreden vonnis en verwees [ Appellant ] in de kosten van het hoger beroep, die werden begroot op € 1.800,= aan verschotten en € 1.631,= voor salaris advocaat.