3.1 Het gaat in deze zaak om het volgende.
(i) [ Geïntimeerde ] heeft met ingang van 2 februari 1988 de winkelruimte aan de Nieuwendijk 48 te Amsterdam (verder: de winkelruimte), waarin de door hem overgenomen onderneming met als naam "Tabaksspeciaalzaak Rembrandt" was gevestigd, van Rappange gehuurd.
(ii) Op grond van artikel 7 lid 1 van de daartoe strekkende schriftelijke huurovereenkomst (verder: de huurovereenkomst) is de winkelruimte bestemd om te worden gebruikt als "winkel voor verkoop van tabakswaren + lektuur en aanverwante artikelen".
(iii) Blijkens een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor Amsterdam van 14 februari 2007 drijft [ Geïntimeerde ] sinds 1 januari 1999 in de winkelruimte een onderneming met als bedrijfsomschrijving "Kleinhandel in tabaksartikelen en aanverwante artikelen en snoepwaren, tevens home grome [bedoeld zal zijn "homegrow": toev. hof] shop".
(iv) Bij besluit van 5 maart 2007 heeft de burgemeester van de gemeente Amsterdam op grond van artikel 13b lid 1 van de Opiumwet de onmiddellijke sluiting van de winkelruimte bevolen, met bepaling dat hij de sluiting weer zal intrekken zodra naar zijn oordeel de openbare orde voortzetting van de sluiting niet langer vereist, waartoe hij onder meer heeft overwogen:
"Dat de exploitant in januari 2007 een bestuurlijke waarschuwing heeft ontvangen voor het bezit van chocoladerepen met psilocine en psilocybine. In de waarschuwing staat dat de winkel voor onbepaalde tijd gesloten kan worden als opnieuw een overtreding van de Opiumwet wordt geconstateerd.
Dat op 6 februari 2007 in de genoemde inrichting een integrale controle heeft plaats gevonden (...).
Dat tijdens de controle een handelshoeveelheid drugs is aangetroffen die zijn verboden op grond van de Opiumwet. In het laboratoriumonderzoek van de politie is vastgesteld dat het gaat om plastic zakjes met gedroogde paddenstoelen die Psilocine en Psilocybine bevatten en zakjes Hasjiesj en Wiet.
Dat uit de hoeveelheid, de wijze van verpakken en de aanwezigheid in de winkel kan worden afgeleid dat drugs bestemd waren voor de verkoop.
(...)
Dat de exploitant door de recente bestuurlijke waarschuwing op de hoogte was gesteld van het feit dat het sluitingsbeleid ook toegepast kan worden bij bewerkte paddenstoelen met psilocine en psilocybine.
Dat de herhaalde overtreding van de Opiumwet duidelijk maakt dat de bestuurlijke waarschuwing onvoldoende effect heeft gehad en dat daarom instrumenten moeten worden ingezet die wel de gewenste zekerheid kunnen bieden.
Dat op grond van bovenstaande het geopend blijven van deze inrichting (...) een ernstig gevaar voor de openbare orde oplevert;".
(v) Bij besluit van 1 juni 2007 heeft de burgemeester van Amsterdam de sluiting van de winkelruimte met ingang van die datum opgeheven, waartoe hij onder meer heeft overwogen:
"dat de bovenbedoelde ondernemer reeds eerder gewaarschuwd is voor het overtreden van de Opiumwet en het desondanks tot een hernieuwde overtreding heeft geleid met als gevolg de bovenbedoelde sluiting van de onderhavige inrichting;
dat met hem is gesproken over de feiten en omstandigheden die tot de sluiting hebben geleid en afspraken gemaakt over verdere voortzetting van de winkel na het opheffen van de sluiting;
dat uit het gesprek het vertrouwen bestaat dat de afspraken ook zullen worden nagekomen;".
(vi) Bij schriftelijke, door partijen - blijkens datering ervan - kennelijk op 5 oktober 2007 ondertekende overeenkomst (verder: de koopovereenkomst) heeft [ Geïntimeerde ] de onderneming die hij dreef in de winkelruimte voor een bedrag van € 160.000,- aan [ C ] en [ S ] (verder: de kopers) verkocht. De overdracht van de onderneming heeft op 10 oktober 2007 plaatsgevonden, met dien verstande dat partijen daarbij hebben geregeld (zie met name artikel 3.3, 3.4 en 8.1 t/m 8.4) wat de gevolgen zullen zijn in het geval dat [ Geïntimeerde ] geen toestemming/machtiging verkrijgt de kopers als huurders in zijn plaats te stellen en/of het in artikel 1.3 van de koopovereenkomst omschreven gebruik van de winkelruimte in strijd is met de contractuele bestemming.