ECLI:NL:GHAMS:2010:BN9704
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A. Bockwinkel
- M.W.E. Koopmann
- H.J.M. Boukema
- Rechtspraak.nl
Toelating tot de schuldsanering en beoordeling van goede trouw bij faillissement
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 30 maart 2010, gaat het om de toelating van appellanten tot de schuldsaneringsregeling. Appellanten, een echtpaar, hebben een aanzienlijke schuldenlast van € 226.553,59, waaronder schulden aan Heineken Nederland B.V., een particulier en M&A Beheer B.V. Het faillissement van hun onderneming, Haarlem B.V., is aangevraagd door een schuldeiser, en appellanten hebben op 3 december 2009 een verzoek tot schuldsanering ingediend. De rechtbank Haarlem heeft hun verzoek afgewezen, omdat niet aannemelijk was dat zij te goeder trouw waren ten aanzien van hun schulden.
In hoger beroep heeft het hof de zaak opnieuw beoordeeld. Het hof concludeert dat appellanten voldoende aannemelijk hebben gemaakt dat hun schulden te goeder trouw zijn ontstaan en dat het faillissement van Haarlem B.V. niet aan onbehoorlijk bestuur van hen te wijten is. Het hof wijst op de omstandigheden waaronder de schulden zijn ontstaan, waaronder het mismanagement van een derde partij en de gevolgen daarvan voor de bedrijfsvoering van appellanten.
Het hof heeft besloten de beslissing van de rechtbank te vernietigen en de wettelijke schuldsaneringsregeling alsnog van toepassing te verklaren op appellanten. Dit biedt hen de kans om uit hun financiële problemen te komen, gezien hun huidige werk en inkomen. De zaak wordt terugverwezen naar de rechtbank Haarlem voor verdere behandeling.