ECLI:NL:GHAMS:2009:BJ4145
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M.M.A. Gerritzen-Gunst
- A.N. van de Beek
- E.A. Maan
- Rechtspraak.nl
Benoeming van een bijzondere curator in een jeugdzorgzaak
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 9 juni 2009, gaat het om de benoeming van een bijzondere curator voor een minderjarige, hier aangeduid als [naam kind]. De zaak is ontstaan na de ontheffing van de moeder van het gezag over [naam kind] door de rechtbank te Haarlem op 17 juni 2008, waarbij Bureau Jeugdzorg (BJZ) als voogd werd aangesteld. BJZ heeft op 7 oktober 2008 hoger beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van de rechtbank, waarin mr. [X] werd benoemd tot bijzondere curator voor [naam kind]. Tijdens de zitting op 7 januari 2009 zijn verschillende partijen verschenen, waaronder vertegenwoordigers van BJZ, mr. [X], en de pleegouders van [naam kind]. De moeder en vader van [naam kind] zijn niet verschenen.
De grieven van BJZ in hoger beroep strekken er onder andere toe aan te tonen dat er geen belangenstrijd bestaat tussen de voogd en [naam kind]. Het hof overweegt dat er wel degelijk een belangenstrijd is ontstaan, vooral naar aanleiding van de beslissing van BJZ om [naam kind] uit het pleeggezin te plaatsen, wat als een traumatische ervaring voor het kind wordt beschouwd. Het hof concludeert dat het noodzakelijk is dat een bijzondere curator wordt benoemd om de belangen van [naam kind] te behartigen.
Het hof wijst de grieven van BJZ af en bekrachtigt de eerdere beschikking, waarbij mr. [X] als bijzondere curator is aangesteld. Het hof preciseert de taak van de bijzondere curator, die zich richt op de belangen van [naam kind] met betrekking tot zijn verblijf bij de pleegouders. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof wijst het overige verzochte af.