ECLI:NL:GHAMS:2009:BI2149
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- P. Ingelse
- E.E. van Tuyll van Serooskerken-Röell
- A. Rutten-Roos
- Rechtspraak.nl
Gebruik van de handelsnaam Elle voor kledingwinkels en verwarring met WE
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 januari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over het gebruik van de handelsnaam 'Elle' door Hachette Filipacchi Presse S.A. voor kledingwinkels in Nederland. De appellant, WE Netherlands B.V., stelde dat het gebruik van de naam 'Elle' verwarring zou veroorzaken met haar eigen handelsnaam 'WE', die zij sinds 1999 gebruikt. WE voerde aan dat het publiek de naam 'Elle' zou associëren met haar eerdere handelsnamen, zoals 'Hij', 'Zij' en 'You', en dat dit zou leiden tot verwarring over de herkomst van de producten.
Het hof oordeelde dat er geen gevaar voor verwarring bestond. Het hof stelde vast dat de naam 'Elle' een bekende naam is in de modewereld, vooral door het modetijdschrift dat onder deze naam wordt uitgegeven. Het hof concludeerde dat het publiek de naam 'Elle' voornamelijk zou associëren met het modetijdschrift en niet met de onderneming van WE. Bovendien werd opgemerkt dat het gebruik van persoonlijke voornaamwoorden als handelsnaam niet kan leiden tot een monopolie op dergelijke namen.
De rechtbank had eerder al geoordeeld dat er geen grond was voor het verbod dat WE had gevorderd. Het hof bevestigde deze beslissing en verwierp de grieven van WE. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en verwees WE in de kosten van het hoger beroep. Dit arrest benadrukt de noodzaak om bij het beoordelen van verwarringsgevaar rekening te houden met de bekendheid van merken en de context waarin ze worden gebruikt.