ECLI:NL:GHAMS:2008:BF1796
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens te late indiening
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 september 2008 uitspraak gedaan over de niet-ontvankelijkheid van een hoger beroep. Het hoger beroepschrift was door belanghebbende, X te Z, ingediend op 1 september 2008, terwijl de beroepstermijn op 18 juli 2008 was geëindigd. De rechtbank Haarlem had op 15 juli 2008 uitspraak gedaan in de onderliggende zaak, en de termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken, zoals bepaald in artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht. Het Hof constateerde dat het beroepschrift te laat was ingediend, aangezien het pas na het verstrijken van de termijn ter post was bezorgd. De poststempel op de envelop gaf aan dat het beroepschrift op 31 augustus 2008 was verzonden, wat betekende dat het na de deadline was ontvangen door het Hof.
Het Hof oordeelde dat er geen redenen waren om de niet-ontvankelijkheid achterwege te laten op basis van artikel 6:11 van de Algemene wet bestuursrecht, omdat er geen aanwijzingen waren dat de indiener in verzuim was geweest. Daarnaast was er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling op basis van artikel 8:75 van de wet. Het Hof verwees ook naar de mogelijkheid van verzet tegen de uitspraak, zoals vermeld in artikel 8:55 van de wet. Uiteindelijk verklaarde het Hof het hoger beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat de zaak niet verder in behandeling werd genomen.