ECLI:NL:GHAMS:2008:BD3480
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J. den Boer
- P.F. Goes
- H.N. van der Kolk
- Rechtspraak.nl
Beoordeling ontvankelijkheid bezwaar tegen navorderingsaanslag inkomstenbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 mei 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontvankelijkheid van een bezwaar tegen een navorderingsaanslag inkomstenbelasting. De belanghebbende, X, had een navorderingsaanslag ontvangen van de inspecteur van de Belastingdienst Amsterdam voor het jaar 1999, gebaseerd op een belastbaar inkomen van fl. 35.670. Na het indienen van bezwaar, werd dit bezwaar door de inspecteur niet-ontvankelijk verklaard in een uitspraak van 2 november 2006. Hierop heeft belanghebbende hoger beroep ingesteld op 31 augustus 2007.
Het Hof heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift van belanghebbende buiten de wettelijke termijn was ingediend. De kern van het geschil was of er sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding. Belanghebbende stelde dat de aanslag onjuist was omdat de inspecteur een onvolledige controle had uitgevoerd en dat hij in de veronderstelling was gelaten dat de aanslag zou worden aangepast na ontvangst van aanvullende gegevens. Het Hof oordeelde echter dat de stelling dat de aanslag niet juist was, niet relevant was voor de beoordeling van de ontvankelijkheid van het bezwaar.
Het Hof concludeerde dat belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat er omstandigheden waren die de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten. De rechtbank had het beroep van belanghebbende terecht ongegrond verklaard en het Hof bevestigde deze uitspraak. Er waren geen termen aanwezig om een partij te veroordelen in de kosten van het geding. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 28 mei 2008.