ECLI:NL:GHAMS:2007:BB1400
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A. van Zutphen
- M. de Vries Robbé-De Roy van Zuydewijn
- J. Mens
- Rechtspraak.nl
Wijziging van voornamen op verzoek van verzoekster met zwaarwegend belang
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 juli 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van verzoekster om haar voornamen te wijzigen van '[T.J.]' naar '[J.]'. Verzoekster, geboren in 1983, heeft op jonge leeftijd een sterke wens ontwikkeld om haar voornaam te veranderen, omdat zij door haar oorspronkelijke naam vaak werd gepest en deze naam haar herinnerde aan een moeilijke jeugd. Op haar twaalfde besloot zij al om de naam '[J.]' te gebruiken, en sindsdien heeft zij deze naam als haar identiteit aangenomen.
Het hof heeft de overgelegde stukken en de verklaringen van deskundigen, waaronder een psycholoog en de huisarts van verzoekster, in overweging genomen. Deze bevestigen de ernst van de psychische klachten die verzoekster ondervond door haar oorspronkelijke naam en de duurzaamheid van haar wens tot naamswijziging. Het hof oordeelt dat de door verzoekster aangevoerde gronden voldoende zwaarwegend zijn om haar verzoek te honoreren.
Het hof benadrukt dat het belang van naamconsistentie in het rechtsverkeer niet opweegt tegen de persoonlijke noodzaak van verzoekster om haar voornaam te wijzigen. De gewenste naam '[J.]' is niet ongepast en stemt niet overeen met een bestaande geslachtsnaam. Daarom heeft het hof de beschikking van de rechtbank Utrecht van 17 januari 2007 vernietigd en de wijziging van de voornamen gelast. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de griffier en is op 10 juli 2007 openbaar uitgesproken.