ECLI:NL:GHAMS:2007:BA8318
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- G.B.C.M. van der Reep
- A. van Haeringen
- A.N. van de Beek
- Rechtspraak.nl
Beëindiging huurovereenkomst bedrijfsruimte na langdurige verstoring van de relatie tussen huurder en verhuurder
In deze zaak gaat het om de beëindiging van een huurovereenkomst voor een bedrijfsruimte na meer dan tien jaar. De huurder, [A], en de verhuurder, [X], hebben een langdurige en structureel verstoorde relatie, die heeft geleid tot een onwerkbare situatie. De huurovereenkomst, die op schrift is gesteld en ondertekend op 7 maart 1986, is onderwerp van geschil geworden na een reeks van conflicten over verbouwingen en onderhoud. De verhuurder heeft de huurovereenkomst opgezegd, onder andere op basis van wanprestatie van de huurder en de noodzaak van renovatie van het pand. De kantonrechter heeft in eerdere vonnissen geoordeeld dat de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst niet toewijsbaar was, maar heeft uiteindelijk geoordeeld dat de huurovereenkomst moet eindigen vanwege de verstoorde verhouding tussen partijen. Het hof heeft de zaak in hoger beroep behandeld en geconcludeerd dat de belangen van de verhuurder bij beëindiging van de huurovereenkomst zwaarder wegen dan die van de huurder bij voortzetting. Het hof heeft daarbij ook de mogelijkheid van een financiële tegemoetkoming aan de huurder in de kosten van verhuizing en inrichting in overweging genomen. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling van de vorderingen van beide partijen.