ECLI:NL:GHAMS:2006:AY0307

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 juni 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
21-003759-05
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oplichting via internet en bezit van misdrijf afkomstige creditcards en hennep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 juni 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Utrecht. De verdachte is beschuldigd van oplichting van meerdere personen via internet, het in bezit hebben van twee creditcards die van misdrijf afkomstig zijn, en het aanwezig hebben van een hoeveelheid hennep. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte, gebruikmakend van verschillende valse identiteiten, op de website marktplaats.nl mobiele telefoons en concertkaarten te koop aanbood. Hij ontving betalingen van kopers, maar leverde de beloofde goederen nooit. Het hof heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en heeft hem veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 18 maanden. Daarnaast is er verbeurdverklaring uitgesproken van een geldbedrag dat in beslag is genomen en is de schadevergoeding aan de gedupeerden toegewezen. Het hof heeft ook rekening gehouden met de eerdere veroordelingen van de verdachte voor vergelijkbare feiten en de ernst van de gepleegde misdrijven, die het vertrouwen in online handel ondermijnen. De verdachte is als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar beoordeeld, gezien zijn psychologische toestand.

Uitspraak

Parketnummer: 21-003759-05
Uitspraak d.d.: 28 juni 2006
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te Amsterdam
zitting houdende te Arnhem
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank te Utrecht van 8 juli 2005 en de van dat vonnis deel uitmakende beslissing op de vordering tot tenuitvoerlegging, parketnummer 10-040084-01, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [plaats] op [1979],
Zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 14 juni 2006 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I), na voorlezing aan het hof overgelegd, en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Omvang van het hoger beroep
Het hoger beroep is kennelijk niet gericht tegen de in het vonnis waarvan beroep gegeven niet-ontvankelijkverklaring van de officier van justitie in de (verdere) vervolging van verdachte met betrekking tot zaak 3 van het onder 1 tenlastegelegde.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep, voor zover aan zijn oordeel onderworpen, om proceseconomische redenen vernietigen en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
(zie voor de inhoud van de dagvaarding bijlage IIa en voor de inhoud van de wijziging van de tenlastelegging bijlage IIb)
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen, dat verdachte het onder 2 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het onder 1, 2 meer subsidiair en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1.
hij op tijdstippen in de periode van 21 april 2004 tot en met 11 november 2004 op diverse nader te noemen plaatsen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, telkens met het oogmerk om zich en / of (een) ander (en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en / of van een valse hoedanigheid en / of door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en / of door een samenweefsel van verdichtsels, (telkens) één of meer van de hierna genoemde perso(o)n(en) heeft bewogen tot de afgifte van de hierna genoemde geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, te weten:
(zaak 1) [benadeelde 1] te[plaats] bewogen tot afgifte van 250,- euro middels oplichtingsmiddelen A, C, D, E, G en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 2) [benadeelde 2] te [plaats], gemeente [plaats] bewogen tot afgifte van 157,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 4) [benadeelde 3] te[plaats] bewogen tot afgifte van.150,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, D, F en G als hieronder nader omschreven, en
(zaak 5) [benadeelde 4] te [plaats] bewogen tot afgifte van 100,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, F en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 6) [benadeelde 5] te[plaats] gemeente [plaats] bewogen tot afgifte van 205,50 euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en 1 als hieronder nader omschreven, en
(zaak 7) [benadeelde 6] te[plaats] bewogen tot afgifte van 117,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, H en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 8) [benadeelde 7] te [plaats] bewogen tot afgifte van 100,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, H en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 9) [benadeelde 8] te [plaats] gemeente[plaats], bewogen tot afgifte van 160,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 10) [benadeelde 9]te [plaats] bewogen tot afgifte van 220,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 11) [benadeelde 10] te [plaats]bewogen tot afgifte van 200,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 13)[benadeelde 11] te [plaats] bewogen tot afgifte van 222,50 euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, H en M als hieronder nader omschreven, en
(zaak 14)[benadeelde 12]te [plaats]bewogen tot afgifte van 157,25 euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 15) [benadeelde 13] te[plaats]bewogen tot afgifte van 220,50 euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 16) [benadeelde 14] te[plaats] bewogen tot afgifte van 145,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 17) [benadeelde 15] te [plaats]bewogen tot afgifte van 196,50 euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en E als hieronder nader omschreven, en
(zaak 18) [benadeelde 16] te [plaats] bewogen tot afgifte van 190,- euro middels oplichtingsmiddelen.A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 19) [benadeelde 17] te [plaats] bewogen tot afgifte van 340,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 20) [benadeelde 18] te[plaats] bewogen tot afgifte van 175,- euro middels oplichtingsmiddelen A, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 21) [benadeelde 19] te [plaats] bewogen tot afgifte van 197,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 22) [benadeelde 20] te[plaats] gemeente[plaats] bewogen tot afgifte van 80,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 23)[benadeelde 21] te[plaats]bewogen tot afgifte van 100,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 24) [benadeelde 22] te [plaats] bewogen tot afgifte van 87,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 25) [benadeelde 23]te [plaats] bewogen tot afgifte van 180,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 26) [benadeelde 24]te [plaats] bewogen tot afgifte van 200,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 27) [benadeelde 25]te[plaats]bewogen tot afgifte van 300,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en J als hieronder nader omschreven, en
(zaak 28)[benadeelde 26]te [plaats] bewogen tot afgifte van 200,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 29) [benadeelde 27] te [plaats] bewogen tot afgifte van 170,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 30)[benadeelde 28] te [plaats]bewogen tot afgifte van 140,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en L als hieronder nader omschreven, en
(zaak 31)[benadeelde 29]te [plaats]bewogen tot afgifte van 348,50 euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C, E en K als hieronder nader omschreven, en
(zaak 32) [benadeelde 30]te [plaats] bewogen tot afgifte van 200,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 33) [benadeelde 31] te [plaats]bewogen tot afgifte van 225,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 34)[benadeelde 32]te [plaats] bewogen tot afgifte van 220,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B en C als hieronder nader omschreven, en
(zaak 35) [benadeelde 33]j te [plaats]bewogen tot afgifte van 167,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven, en
(zaak 37) [benadeelde 34] te [plaats] bewogen tot afgifte van 415,- euro middels oplichtingsmiddelen A, B, C en H als hieronder nader omschreven,
hebbende verdachte en / of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en / of listiglijk en / of bedrieglijk en / of in strijd met de waarheid
A.
één óf meer mobiele telefoon(s) en/of concert- en/of evenementkaart(en) en/of laptop computer(s) en/of (digitale) camera('s), te koop aangeboden op de internetsite Marktplaats.nl, en/of
B.
de volgende naam en/of adresgegevens van de aanbieder opgegeven:
-[betrokkene 1], wonende [adres] te [plaats] en/of
- [verdachte], wonende ([adres]) te [plaats] en/of
- [betrokkene 2] (wonende -[adres]- te [plaats]) en/of
- [betrokkene 1], wonende[adres] te [plaats] en/of
- [betrokkene 3] en/of
- [betrokkene 4], wonende te [plaats] en/of
- [betrokkene 5] wonende [adres] te [plaats] en/of
- [betrokkene 6] en/of
- [betrokkene 7], wonende; [adres] te [plaats] en/of
- [betrokkene 8], wonende [adres] te [plaats]en/of
- [betrokkene 9] wonende [adres] te [plaats] en/of
- [betrokkene 2], wonende [adres] te [woonplaats] en/of
- [betrokkene 10], wonende [adres] te [plaats],
en/of
C.
betreffende benadeelde gevraagd om de koopsom
- te betalen via Western Union Money Transfer en/of
- via een GWK over te maken naar het GWK te [plaats] en/of
- (via een spoedboeking) over te maken op (postbank)rekeningnummer [rekeningnummer] en/of op bankrekeningnummer [nummer] en/of
(daarbij) gezegd dat de/het te koop aangeboden goed(eren) per (TPG) post en/of per koerier naar benadeelde opgestuurd zou(den) worden en/of
D.
betreffende benadeelde (telefonisch en/of per SMS-bericht en/of per e-mail) laten weten dat het betreffende goed verzonden was, en/of
E.
betreffende benadeelde een code / traceernummer doorgegeven waarmee betreffende benadeelde op internet zou kunnen nagaan waar het pakje zich bevond, en/of
F.
betreffende benadeelde verteld dat hij vertegenwoordiger was en/of voor het bedrijf Bildehuis BV werkte en/of dat voornoemd bedrijf mobiele telefoons had ingekocht om ze te testen en/of dat hij daarom goedkoop aan mobiele telefoons kon komen en/of
G.
een kopie van zijn identiteitsbewijs, (per e-mail en/of per fax) aan benadeelde doen toekomen, en/of
H.
aan benadeelde beloofd dat het betreffende goed de dag van het overmaken van
het geldbedrag en/of de dag van het doorgeven van het zogenaamde "transfer controlenummer" van de Western Union Money Transfer, (per post) verzonden zou worden naar benadeelde, en/of
I
tegen benadeelde gezegd dat het betreffende goed nog dezelfde dag zou kunnen
worden afgeleverd als benadeelde voor 12:00 uur, zou betalen, en/of
J.
tegen benadeelde gezegd dat het betreffende goed via de (TPG) post verzonden zou worden doch een (pakket inhoudende) een pakje enveloppen, naar voornoemde benadeelde verstuurd en/of (vervolgens) die benadeelde een kopie van het bewijs van verzending (van dat pakket) doen toekomen, en/of
K.
tegen benadeelde gezegd dat hij de laptop computer (als bonus) van zijn werk had gekregen en/of dat hij de laptop computer wilde verkopen omdat hij al een laptop had en/of geld nodig had, en/of
L.
afgesproken met betreffende benadeelde dat hij/zij eerst een deel, van het betreffende geldbedrag zou betalen / overmaken en/of (vervolgens) bij aflevering van het betreffende goed het resterende geldbedrag, en/of
M
aan betreffende benadeelde gevraagd om de transactiekosten voor te schieten en/of beloofd die kosten / dat geldbedrag in het te verzenden pakket te zullen bijsluiten, waardoor genoemde benadeelde(n) (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
2.
Meer subsidiair
hij op 11 november 2004 te Utrecht, twee, creditcard(s) (te weten een ING card en een American Express Blue Card) op naam van [betrokkene 4] voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde creditcard(s) wist, dat het door misdrijf verkregen goed (eren) betrof;
3.
hij op 13 november 2004 te Utrecht opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Voorzover verdachte met betrekking tot het onder 1 tenlastegelegde heeft betoogd dat hij dient te worden vrijgesproken van die feiten, waarbij de naam van [betrokkene 2] is gebruikt, verwerpt het hof dit betoog, nu uit de bewijsmiddelen -waaronder verdachtes eigen verklaring ter terechtzitting in hoger beroep- blijkt van een zodanige betrokkenheid van verdachte in die gevallen, dat in ieder geval sprake is van "medeplegen".
De verdachte heeft met betrekking tot het onder 3 tenlastegelegde gesteld dat de daarin bedoelde hoeveelheid hennep niet van hem was, maar van degene van wie hij woonruimte huurde.
Het hof verwerpt dit verweer. De kast waarin de hennep werd aangetroffen bevond zich in de door verdachte bewoonde ruimte en niet aannemelijk is geworden dat verdachte in feite geen toegang had tot die kast.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op de misdrijven:
ten aanzien van het onder 1 bewezenverklaarde:
medeplegen van: oplichting, meermalen gepleegd;
ten aanzien van het onder 2 meer subsidiair bewezenverklaarde:
opzetheling;
ten aanzien van het onder 3 bewezenverklaarde:
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
Het hof acht na te melden strafoplegging in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen -en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van na te melden duur leiden- dat de verdachte zich samen met anderen op grote schaal heeft beziggehouden met gewiekste oplichtingspraktijken via het internet.
De verdachte, zich bedienend van verschillende namen en adressen, bood op de site "marktplaats.nl" -onder meer- mobiele telefoons en concertkaarten te koop aan en liet zich door degenen die deze artikelen wilden kopen vooruit betalen, terwijl hij van meet af aan de artikelen nimmer heeft willen leveren. Hiermee heeft de verdachte door misbruik van vertrouwen niet alleen tientallen personen gedupeerd, maar ook het vertrouwen in de handel via het internet in het algemeen schade toegebracht.
Voorts heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan opzetheling van een tweetal creditcards, een soort handelen waarvan, naar van algemene bekendheid is, een de criminaliteit stimulerende werking uitgaat.
Ten slotte heeft de verdachte een voor verdere verspreiding geschikte hoeveelheid hennep aanwezig gehad, hetgeen bij artikel 3 van de Opiumwet strafbaar is gesteld.
Blijkens een de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 31 mei 2006 is hij meermalen veroordeeld ter zake van vermogensdelicten, waaronder diefstallen, oplichting en flessentrekkerij.
Het hof heeft kennisgenomen van de inhoud van:
- een over de verdachte uitgebracht voorlichtingsrapport van 15 februari 2005, opgemaakt door de reclasseringswerker D. de Vries van het Leger des Heils, jeugdzorg en reclassering, te Amsterdam en
- een over de verdachte uitgebracht rapport van een psychologisch onderzoek van 16 juni 2005, opgemaakt door de psycholoog drs. B. van der Giessen.
Dit laatstvermelde rapport houdt -zakelijk weergegeven- onder meer het volgende in.
Bij betrokkene is sprake van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens in de vorm van een antisociale persoonlijkheidsstoornis met psychopathische en narcistische persoonlijkheidstrekken. Aangezien een persoonlijkheidsstoornis een duurzaam patroon van gedragingen betreft, dat stabiel en van lange duur is, kan geconcludeerd worden dat deze stoornis ook aanwezig was ten tijde van het tenlastegelegde. Deze ziekelijke stoor-nis beïnvloedde onderzochtes gedragskeuzes en gedragingen ten tijde van het tenlaste-gelegde zodanig dat dit mede daaruit verklaard kan worden. Vanuit de genoemde persoon-lijkheidsstoornis, heeft betrokkene een opportunistische levenswijze, waarbij hij gemakkelijk de maatschappelijke en sociale normen en waarden overschrijdt. De gewetensfuncties van betrokkene zijn lacunair; hij is gericht op de eigen behoeftebevrediging en heeft weinig vermogen zich in te leven in de rechten en behoeften van andere mensen.
Indien het ten laste gelegde bewezen wordt geacht, kan niet anders geconcludeerd worden dan dat betrokkene vanuit de genoemde opportunistische houding heeft gehandeld, namelijk het verwerven van inkomsten ten koste van anderen, waarbij hij vrijwel geen oog heeft voor hetgeen hij de ander daarmee aandeed. Van betrokkene kan verwacht worden dat hij, zeker gezien de eerdere veroordelingen wegens soortgelijke feiten, inzicht heeft gehad in het wederrechtelijke van zijn handelen, maar door de gediagnosticeerde antisociale persoonlijkheidsstoornis met psychopathie en narcistische trekken, moet ook gesteld worden dat betrokkene enigszins verhinderd was zijn wil overeenkomstig dat inzicht te bepalen.
Op grond van het bovenstaande wordt in overweging gegeven betrokkene te beschouwen als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar.
Het hof neemt deze conclusie van de deskundige drs. Van der Giessen over en maakt die tot de zijne.
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep bij pleidooi het hof verzocht de behandeling van de zaak aan te houden om kennis te kunnen nemen van de reclasseringsrapportage over de verdachte, waaraan op dit moment zou worden gewerkt.
Het hof wijst dit verzoek af, omdat het zich voldoende voorgelicht acht, zulks op grond van het verhandelde ter terechtzitting, in het bijzonder de verklaringen van verdachte, en hetgeen zich reeds in het dossier bevindt, te weten de hiervoor genoemde rapportage en enkele wat oudere voorlichtingsrapporten omtrent de verdachte.
De na te melden inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven Western Union formulieren, volgens opgave van verdachte aan hem toebehorend, zijn vatbaar voor verbeurdverklaring, nu het voorwerpen zijn met behulp waarvan het onder 1 tenlastegelegde en bewezenverklaarde is begaan en voorbereid.
Het na te melden inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven geldbedrag van 1.644,90 euro, volgens opgave van verdachte aan hem toebehorend, is vatbaar voor verbeurdverklaring, nu dit geheel of grotendeels door middel van het onder 1 tenlastegelegde en bewezenverklaarde is verkregen.
Het hof heeft hierbij rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 250 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 160 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 157. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 150 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage
van EUR 100 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 206 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 205,50. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 6]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 117 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 7]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 100 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 8]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 164,50 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 160. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 9]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 220 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 10]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 206,88 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 200.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 13]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 220,50 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 14]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 175 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 145. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Voor het overige is de vordering naar het oordeel van het hof niet van zo eenvoudige aard dat zij zich leent voor behandeling in het strafgeding. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Het hof ziet tevens aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 16]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 198,94 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 190. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Voor het overige is de vordering naar het oordeel van het hof niet van zo eenvoudige aard dat zij zich leent voor behandeling in het strafgeding. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Het hof ziet tevens aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 17]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 340 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 18]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 175 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 19]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 197 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 22]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 87 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 23]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage
van EUR 180 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 24]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 200 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 25]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 325 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van EUR 310. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Voor het overige is de vordering naar het oordeel van het hof niet van zo eenvoudige aard dat zij zich leent voor behandeling in het strafgeding. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Het hof ziet tevens aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 28]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 140 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 30]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 200 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 31]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 225 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 32]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 220 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 33]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 167 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde 34]
De benadeelde partij heeft in eerste aanleg een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 415 ingesteld. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van verdachtes onder 1 bewezen verklaarde handelen rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag toewijsbaar is.
Het hof ziet aanleiding terzake de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen als na te melden.
Vordering tenuitvoerlegging
Het hof is ten aanzien van de vordering van de officier van justitie te Utrecht van 20 mei 2005, tot tenuitvoerlegging van het bij vonnis van de Meervoudige kamer te Rotterdam van 6 mei 2004 opgelegde voorwaardelijke deel van de gevangenisstraf, van oordeel, dat -nu gebleken is dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt- de tenuitvoerlegging van de straf, voorwaardelijk opgelegd bij voormeld vonnis, dient te worden gelast.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 3 en 11 van de Opiumwet en de artikelen 14g, 14h, 14i, 14j, 24, 24c, 33, 33a, 36f, 47, 57, 63, 326 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het hof:
Verstaat, dat het door verdachte ingestelde rechtsmiddel niet is gericht tegen dat deel van het vonnis waarvan beroep, waarbij de officier van justitie met betrekking tot zaak 3 van het onder 1 tenlastegelegde niet ontvankelijk werd verklaard in de (verdere) vervolging van verdachte.
Vernietigt het vonnis, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en doet in zoverre opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het onder 2 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen, dat verdachte het onder 1, 2 meer subsidiair en 3 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden.
Bepaalt, dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
de in beslag genomen voorwerpen
Verklaart verbeurd de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 1 transactieformulier Western Union, afdruk [nummer],
- 1 transactieformulier Western Union, afdruk [nummer],
- 1 transactieformulier Western Union, afdruk [nummer],
- 2 blanco formulieren Western Union, ongebruikt en
- een geldbedrag van 1.644,90 euro..
Gelast de teruggave aan[Persoon A]van het inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
1 giropas Postbank, nr [nummer] t.n.v. [Persoon A], gemerkt [nummer].
Gelast de teruggave aan[Persoon B]van het inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
1 giropas Postbank, nr.[nummer] t.n.v. [Persoon B], gemerkt [nummer]
Gelast de teruggave aan [betrokkene 4] van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 1 creditcard ING-bank, [nummer] t.n.v. [betrokkene 4] en
- 1 creditcard American Express, [nummer] t.n.v. [betrokkene 4].
Gelast de teruggave aan verdachte van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 6 kaarten, TIME2SURF internettegoed,
- 6 kaarten, T-Mobile beltegoed,
- 2 agenda's, blauw, homeoffice,
- 15 papieren met notities, aangetroffen in laptop,
- 100 papieren, zijnde diverse bescheiden met notities en afschriften Western Union en
- 1 telefoon, grijs, Sony Ericsson..
de aan [benadeelde 1] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 1], te betalen een bedrag van EUR 250,00 (tweehonderdvijftig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 1], een bedrag te betalen van EUR 250,00 (tweehonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 5 (vijf) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 2] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 2], te betalen een bedrag van EUR 160,00 (honderdzestig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 2], een bedrag te betalen van EUR 160,00 (honderdzestig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 3] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 3], te betalen een bedrag van EUR 150,00 (honderdvijftig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 3], een bedrag te betalen van EUR 150,00 (honderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 4] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 4], te betalen een bedrag van EUR 100,00 (honderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 4], een bedrag te betalen van EUR 100,00 (honderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 5] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 5], te betalen een bedrag van EUR 206,00 (tweehonderdzes euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 5], een bedrag te betalen van EUR 206,00 (tweehonderdzes euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en
andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 6] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 6], te betalen een bedrag van EUR 117,00 (honderdzeventien euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 6], een bedrag te betalen van EUR 117,00 (honderdzeventien euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 7] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 7], te betalen een bedrag van EUR 100,00 (honderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 7], een bedrag te betalen van EUR 100,00 (honderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 8] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 8], te betalen een bedrag van EUR 164,50 (honderdvierenzestig euro en vijftig cent) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 8], een bedrag te betalen van EUR 164,50 (honderdvierenzestig euro en vijftig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de
benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 9] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 9], te betalen een bedrag
van EUR 220,00 (tweehonderdtwintig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 9], een bedrag te betalen van EUR 220,00 (tweehonderdtwintig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 10] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 10], te betalen een bedrag van EUR 200,00 (tweehonderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 10], een bedrag te betalen van EUR 200,00 (tweehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 13] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 13], te betalen een bedrag van EUR 220,50 (tweehonderdtwintig euro en vijftig cent) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 13], een bedrag te betalen van EUR 220,50 (tweehonderdtwintig euro en vijftig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de
benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 14] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 14], te betalen een bedrag van
EUR 145,00 (honderdvijfenveertig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 14], in haar vordering voor een bedrag van EUR 30 dertig niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 14], een bedrag te betalen van EUR 145,00 (honderdvijfenveertig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 16] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 16], te betalen een bedrag van EUR 190,00 (honderdnegentig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 16], in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 16], een bedrag te betalen van EUR 190,00 (honderdnegentig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 17] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 17], te betalen een bedrag van EUR 340,00 (driehonderdveertig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 17], een bedrag te betalen van EUR 340,00 (driehonderdveertig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 6 (zes) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 18] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 18], te betalen een bedrag van EUR 175,00 (honderdvijfenzeventig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 18], een bedrag te betalen van EUR 175,00 (honderdvijfenzeventig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 19] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 19], te betalen een bedrag van EUR 197,00 (honderdzevenennegentig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 19], een bedrag te betalen van EUR 197,00 (honderdzevenennegentig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 22] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 22], te betalen een bedrag van EUR 87,00 (zevenentachtig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 22], een bedrag te betalen van EUR 87,00 (zevenentachtig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 1 (één) dag hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en
andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 23] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 23], te betalen een bedrag van EUR 180,00 (honderdtachtig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 23], een bedrag te betalen van EUR 180,00 (honderdtachtig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 24] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 24], te betalen een bedrag van EUR 200,00 (tweehonderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 24], een bedrag te betalen van EUR 200,00 (tweehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 25] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 25], te betalen een bedrag van EUR 300,00 (driehonderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij, [benadeelde 25], in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 25], een bedrag te betalen van EUR 300,00 (driehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 6 (zes) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en
andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 28] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 28], te betalen een bedrag van EUR 140,00 (honderdveertig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 28], een bedrag te betalen van EUR 140,00 (honderdveertig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 2 (twee) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 30] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 30], te betalen een bedrag van EUR 200,00 (tweehonderd euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 30], een bedrag te betalen van EUR 200,00 (tweehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 31] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 31], te betalen een bedrag van EUR 225,00 (tweehonderdvijfentwintig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 31], een bedrag te betalen van EUR 225,00 (tweehonderdvijfentwintig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 32] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 32], te betalen een bedrag van
EUR 220,00 (tweehonderdtwintig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 32], een bedrag te betalen van EUR 220,00 (tweehonderdtwintig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 4 (vier) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 33] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 33], te betalen een bedrag van EUR 167,00 (honderdzevenenzestig euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 33], een bedrag te betalen van EUR 167,00 (honderdzevenenzestig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
de aan [benadeelde 34] toegebrachte schade
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij, [benadeelde 34], te betalen een bedrag van EUR 415,00 (vierhonderdvijftien euro) met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededaders betalen verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij, genaamd [benadeelde 34], een bedrag te betalen van EUR 415,00 (vierhonderdvijftien euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 8 (acht) dagen hechtenis.
Bepaalt dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij inzoverre komt te vervallen en andersom dat, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
tenuitvoerlegging
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Rotterdam van 6 mei 2004, te weten een:
gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) weken.
Aldus gewezen door
mr J.A.W. Lensing, voorzitter,
mr J.W.P. Verheugt en mr J.J. van den Berg, raadsheren,
in tegenwoordigheid van W. Welmers, griffier,
en op 28 juni 2006 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. J.J. van den Berg is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.