ECLI:NL:GHAMS:2002:AF6956
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- mr. Den Boer
- Rechtspraak.nl
Toepassing van het anoniementarief bij naheffingsaanslag loonbelasting en identificatieplicht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 16 december 2002 uitspraak gedaan in het beroep van X BV tegen een naheffingsaanslag loonbelasting opgelegd door de Belastingdienst. De belanghebbende, X BV, had niet voldaan aan haar identificatieplicht, omdat vier werknemers valse paspoorten hadden overgelegd. De inspecteur van de Belastingdienst had de naheffingsaanslag opgelegd op basis van het anoniementarief van 60%, omdat hij van mening was dat de belanghebbende had moeten weten dat de documenten vals waren.
Tijdens de zitting op 2 december 2002 is vastgesteld dat de belanghebbende sinds 1 januari 2000 een onderneming exploiteert die zich richt op het uitlenen van personeel voor agrarische werkzaamheden en schoonmaak- en sloopwerkzaamheden. De inspecteur voerde aan dat de belanghebbende, als uitzendbureau, extra alert had moeten zijn op de identiteit van haar werknemers, vooral gezien de bekendheid met valse paspoorten in de agrarische sector. De belanghebbende betwistte deze stelling en stelde dat zij te goeder trouw had gehandeld, aangezien de belastingdienst zelf sofi-nummers had verstrekt op basis van de vervalste paspoorten.
Het Hof oordeelde dat, hoewel de vier werknemers valse documenten hadden overgelegd, er geen reden was om te twijfelen aan de goede trouw van de belanghebbende. Het Hof concludeerde dat de inspecteur niet aannemelijk had gemaakt dat de belanghebbende redelijkerwijs had moeten onderkennen dat de documenten vervalst waren. De fouten in de paspoorten waren niet van algemene bekendheid en de belastingdienst had zelf geen signalen gegeven dat de documenten vals waren. Daarom werd de naheffingsaanslag vernietigd en het beroep gegrond verklaard. Tevens werd de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende tot een bedrag van € 483.