ECLI:NL:GHAMS:1999:AA8002
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Ballegooijen
- J. van der Ouderaa
- W. Wattel
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing op arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en de rol van de verzekeraar
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 31 augustus 1999 uitspraak gedaan in een geschil tussen de naamloze vennootschap X N.V. en de Belastingdienst. De zaak betreft de vraag of de uitkeringen die aan de heer F, directeur en aandeelhouder van E BV, zijn gedaan op basis van een arbeidsongeschiktheidsverzekering, als loon uit vroegere dienstbetrekking moeten worden aangemerkt. De belanghebbende, X N.V., had de uitkeringen aan E BV overgemaakt, maar de Belastingdienst stelde dat deze uitkeringen onderhevig waren aan loonbelasting en dat X N.V. als inhoudingsplichtige verantwoordelijk was voor het inhouden van deze belasting. Het Hof oordeelde dat de uitkeringen inderdaad als loon moeten worden aangemerkt, en dat X N.V. verplicht was om loonbelasting in te houden. De naheffingsaanslag die aan X N.V. was opgelegd, werd in eerste instantie gehandhaafd, maar het Hof oordeelde dat er geen sprake was van grove schuld aan de zijde van X N.V. en dat de verhoging van de naheffingsaanslag niet terecht was. De heffingsrente werd wel bevestigd. Het Hof verklaarde het beroep van X N.V. gegrond, vernietigde de uitspraak van de inspecteur, en verminderde de naheffingsaanslag tot het oorspronkelijke bedrag zonder verhoging. Tevens werd de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende.