ECLI:NL:GHAMS:1998:AJ0499
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- F.H.M. Possen
- J.J.A.M. Kennis
- J.W.M. Tijnagel
- J.F.M. Giele
- Th.J.G. van Berkum
- Rechtspraak.nl
Verantwoordelijkheid van douaneautoriteiten bij waarschuwing voor mogelijke fraude bij douaneschuld
In deze zaak, behandeld door de Tariefcommissie, staat de verantwoordelijkheid van de douaneautoriteiten centraal. De belanghebbende, een besloten vennootschap, heeft aangiften gedaan voor de invoer van sigaretten en stelt dat zij te goeder trouw heeft gehandeld. De Tariefcommissie heeft de vraag opgeworpen of de douaneautoriteiten verplicht zijn om een aangever te waarschuwen voor mogelijke frauderende opdrachtgevers binnen een redelijke termijn. De feiten wijzen erop dat de FIOD al in juli 1993 op de hoogte was van mogelijke fraude, maar geen waarschuwing heeft gegeven aan de belanghebbende. Dit heeft geleid tot de vraag of de boeking van de douaneschuld onrechtmatig is en of er gevolgen zijn voor de invordering van de douanerechten. De Tariefcommissie heeft besloten om een prejudiciële vraag te stellen aan het Hof van Justitie over de verplichtingen van de douaneautoriteiten en de gevolgen van het nalaten van een waarschuwing. De uitspraak van de Tariefcommissie is openbaar gedaan op 24 februari 1998, waarbij de procedure is geschorst in afwachting van de uitspraak van het Hof van Justitie.