ECLI:NL:CRVB:2025:829
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep in bestuursrechtelijke zaak betreffende sociale zekerheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 juni 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Overijssel. Het hoger beroep was ingesteld door appellant, vertegenwoordigd door mr. E. Schriemer, tegen de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Tijdens de procedure heeft de minister op 27 december 2024 een besluit genomen dat volledig tegemoetkwam aan de bezwaren van appellant. Dit besluit werd aan appellant doorgestuurd, maar hij heeft niet gereageerd op de vraag of hij het hoger beroep wilde handhaven. De Raad heeft vervolgens vastgesteld dat er geen belang meer was voor appellant bij de beoordeling van het hoger beroep, aangezien het nadere besluit van de minister zijn bezwaren had opgelost. Daarom heeft de Raad het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door M.A.H. van Dalen-van Bekkum, met P. Boer als griffier, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.