Uitspraak
27 februari 2025, 24/3547
Centrale Raad van Beroep
Op 28 oktober 2025 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 25/719 BBZ. Het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam is niet-ontvankelijk verklaard. De reden hiervoor is dat het griffierecht van € 143,- niet is betaald. Appellant is meerdere keren gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, met een eerste herinnering op 18 juli 2025 en een tweede op 18 augustus 2025. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet tijdig voldaan, waardoor het hoger beroep niet inhoudelijk kon worden behandeld. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat er geen reden is om aan te nemen dat appellant niet in verzuim is geweest. De uitspraak is gedaan door M. Wolfrat, in tegenwoordigheid van griffier A. Giesen, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.