Uitspraak
4oktober 2023, 23/479
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
BESLISSING
A. Giesen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 5 april 2024.
Centrale Raad van Beroep
Op 5 april 2024 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/3112 ANW. Deze uitspraak betreft een hoger beroep dat door appellante is ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 4 oktober 2023. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat het griffierecht van € 136,- niet binnen de gestelde termijn is betaald. Appellante is herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, zowel in een brief van 14 november 2023 als in een aangetekende brief van 15 december 2023. In deze brieven werd duidelijk gemaakt dat het griffierecht tijdig moest worden voldaan om het hoger beroep inhoudelijk te kunnen behandelen.
De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat, op basis van de beschikbare gegevens, redelijkerwijs niet kan worden geconcludeerd dat appellante niet in verzuim is geweest. Hierdoor is het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter M.A.H. van Dalen-van Bekkum en griffier A. Giesen. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan de mogelijkheid open om binnen zes weken schriftelijk verzet aan te tekenen.