Uitspraak
4 augustus 2023, 23/1025
Centrale Raad van Beroep
Op 11 juni 2024 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/2678 PW. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht van € 136,- niet binnen de gestelde termijn is betaald. De appellant, vertegenwoordigd door mr. I. Car, had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 4 augustus 2023. In de procedure is de appellant herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet tijdig voldaan, waardoor de Centrale Raad van Beroep geen inhoudelijke behandeling van het hoger beroep kon plaatsvinden. De Raad heeft vastgesteld dat er geen reden is om aan te nemen dat de appellant niet in verzuim is geweest. De uitspraak is openbaar gedaan en er is geen proceskostenveroordeling uitgesproken.