ECLI:NL:CRVB:2023:2174
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van bijzondere bijstand voor gestolen huisraad en kleding op basis van de Participatiewet
In deze zaak heeft appellante, na een ziekenhuisopname in januari 2019, een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand op grond van de Participatiewet (PW) voor de vervanging van gestolen huisraad en winterkleding. De gemeente Den Haag heeft deze aanvraag afgewezen, stellende dat appellante de kosten kon dekken door een lening bij de Gemeentelijke Kredietbank (GKB). De Raad voor de Rechtspraak heeft geoordeeld dat de afwijzing van de aanvraag in overeenstemming is met artikel 35 van de PW en de Beleidsregels, omdat appellante niet in aanmerking komt voor bijzondere bijstand gezien de mogelijkheid om de kosten gespreid te betalen door middel van een lening. De rechtbank had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep bevestigt deze uitspraak. De Raad concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een uitzondering op de regels rechtvaardigen, en dat de kosten van kleding en huisraad als algemeen noodzakelijke kosten van bestaan moeten worden gedekt uit het inkomen op bijstandsniveau. De Raad heeft de zaak zonder zitting behandeld, omdat het dossier voldoende informatie bevatte om tot een uitspraak te komen.