ECLI:NL:CRVB:2022:2453
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van bijstand en belastingteruggaaf in het kader van de Participatiewet
Op 8 november 2022 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende de terugvordering van bijstand van appellant, die bijstand ontving op basis van de Participatiewet (PW). De zaak betreft de terugvordering van een bedrag van € 1.233,10 na ontvangst van een belastingteruggaaf van de Belastingdienst, die betrekking had op de (alleenstaande) ouderenkorting. Appellant ontving bijstand van 1 januari 2017 tot 17 oktober 2017 en kreeg daarna een ouderdomspensioen ingevolge de Algemene Ouderdomswet (AOW).
De Centrale Raad van Beroep bevestigde het standpunt van het college van burgemeester en wethouders van Opsterland, dat de ouderenkorting als heffingskorting moet worden toegerekend aan het kalenderjaar 2017. De Raad oordeelde dat de belastingteruggave, die appellant ontving, terecht als middelen werd aangemerkt in de periode waarin hij bijstand ontving. Appellant had aangevoerd dat hij pas recht had op de ouderenkorting bij het bereiken van de AOW-leeftijd, maar deze beroepsgrond werd verworpen.
De Raad concludeerde dat het college bevoegd was tot terugvordering van de bijstand en dat het hoger beroep van appellant niet slaagde. Er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is vastgelegd in een proces-verbaal.