ECLI:NL:CRVB:2022:2375
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 8 november 2022 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 21/3949 PW. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is betaald. De appellante, vertegenwoordigd door mr. I. Car, had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 29 september 2021. In de procedure is appellante herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht van € 134,-. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet tijdig voldaan. De Raad oordeelt dat er geen reden is om aan te nemen dat appellante niet in verzuim is geweest. Hierdoor kon het hoger beroep niet inhoudelijk worden behandeld. De uitspraak is openbaar gedaan en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan de mogelijkheid open om binnen zes weken verzet aan te tekenen.