ECLI:NL:CRVB:2022:1495
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Toekenning van een toelage onregelmatige dienst (TOD) in het kader van een verplichte cursus
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het hoger beroep van appellante tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag. Appellante, werkzaam sinds 1 september 2008, verzocht om toekenning van een toelage onregelmatige dienst (TOD) voor de uren die zij heeft besteed aan een verplichte cursus op 19 november 2019. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft dit verzoek afgewezen, met het argument dat de TOD bedoeld is voor ambtenaren die regelmatig onregelmatige diensten draaien, en dat de cursusuren niet onder deze regeling vallen. De rechtbank heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard, wat door de Centrale Raad van Beroep is bevestigd.
De Raad oordeelt dat de cursusuren wel als arbeidstijd worden erkend, maar dat deze niet voldoen aan de voorwaarden voor de toekenning van de TOD. De Raad benadrukt dat de regeling is bedoeld voor ambtenaren die volgens een vast patroon onregelmatige diensten draaien. Appellante heeft niet aangetoond dat zij regelmatig of vrij regelmatig arbeid heeft verricht op andere tijden dan de reguliere werktijden. De Raad concludeert dat het hoger beroep van appellante niet slaagt en bevestigt de uitspraak van de rechtbank, met verbetering van de gronden. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.