ECLI:NL:CRVB:2021:474

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
3 maart 2021
Publicatiedatum
5 maart 2021
Zaaknummer
20/607 PW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake griffierecht en proceskosten

Op 3 maart 2021 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een verzetprocedure. Het verzet was ingesteld door de appellant, vertegenwoordigd door mr. H. Hulfshof, tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 3 november 2020, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard wegens het niet tijdig voldoen van het griffierecht. De appellant stelde dat het griffierecht wel degelijk tijdig was voldaan, maar dat dit bedrag was teruggestort omdat er een verzoek om vrijstelling was ingediend. Dit verzoek had kennelijk geleid tot verwarring, waardoor de betaling en de terugstorting elkaar kruisten.

Na nader onderzoek heeft de Raad vastgesteld dat het griffierecht inderdaad tijdig was voldaan. Hierdoor werd het verzet gegrond verklaard, wat betekent dat de eerdere uitspraak van 3 november 2020 vervalt. De Raad heeft besloten het onderzoek voort te zetten in de stand waarin het zich bevond. Tevens is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van de appellant, die zijn begroot op € 267,- voor verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door J.C. Boeree, met E. Blijleven-de Vries als griffier.

Uitspraak

Datum uitspraak: 3 maart 2021
20/607 PW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het verzet als bedoeld in artikel 8:55, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 20 december 2019, 19/2678 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder

PROCESVERLOOP

Bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet van 3 november 2020 heeft de Raad het door appellant ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen de uitspraak van de Raad van 3 november 2020 heeft mr. H. Hulfshof, advocaat, namens appellant bij brief van 17 november 2020 verzet gedaan.

OVERWEGINGEN

In de uitspraak van de Raad is het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet tijdig is voldaan. Daarvoor was een verzoek om betalingsonmacht afgewezen omdat niet tijdig was voldaan aan de voorwaarde om informatie te verstrekken.
In verzet is aangegeven dat het griffierecht binnen de termijn van de eerste nota tijdig is voldaan nadat het verzoek om betalingsonmacht van het griffierecht is afgewezen. De tweede nota heeft appellant naast zich neergelegd omdat het griffierecht al voldaan was.
Uit nader onderzoek blijkt dat het griffierecht wel tijdig is voldaan maar is teruggestort aan appellant omdat een verzoek om vrijstelling was ontvangen. Een en ander heeft elkaar klaarblijkelijk gekruist.
Gelet op het voorgaande dient het verzet gegrond te worden verklaard.
Dit betekent dat de uitspraak van de Raad van 3 november 2020 vervalt en dat het onderzoek wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond.
Aan mr. Hulshof zal een nieuwe betalingsherinnering van het griffierecht worden verzonden.
De Raad ziet aanleiding het College te veroordelen in de proceskosten van appellant in
de verzetprocedure. Deze kosten worden begroot op € 267,-- voor verleende rechtsbijstand.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet gegrond;
Veroordeelt het college in de proceskosten van € 267,-
Deze uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in tegenwoordigheid van E. Blijleven-de Vries als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 3 maart 2021.
(getekend) E. C. Boeree
(getekend) E. Blijleven-de Vries