ECLI:NL:CRVB:2021:1061
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WIA-uitkering en proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) met betrekking tot haar WIA-uitkering. Het Uwv had op 31 juli 2020 een gewijzigde beslissing op bezwaar genomen, waarbij het volledig tegemoetkwam aan de bezwaren van appellante. Namens appellante heeft mr. I.M.J.J. Dewarrimont het hoger beroep ingesteld, maar op 6 oktober 2020 heeft appellante dit hoger beroep ingetrokken. Tegelijkertijd heeft zij de Raad verzocht om het Uwv te veroordelen in de proceskosten die zij heeft gemaakt in verband met het bezwaar, beroep en hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat het Uwv op verzoek van appellante in de kosten moet worden veroordeeld, omdat het bestuursorgaan geheel aan de bezwaren van appellante is tegemoetgekomen. De Raad heeft de kosten begroot op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij de kosten voor de verleende rechtsbijstand in bezwaar, beroep en hoger beroep zijn meegenomen. De Raad heeft echter geoordeeld dat bepaalde kosten, zoals secretariële en kantoorkosten, niet voor vergoeding in aanmerking komen.
Uiteindelijk heeft de Centrale Raad van Beroep het Uwv veroordeeld tot een totale kostenvergoeding van € 4.341,18 aan appellante. Deze uitspraak is gedaan door J.T.H. Zimmerman, in tegenwoordigheid van griffier H. Alajai, en is openbaar uitgesproken op 29 april 2021.