ECLI:NL:CRVB:2020:591
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van verzet wegens overschrijding van de termijn
Op 6 maart 2020 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 19/1969 PW-V. Deze uitspraak betreft het verzet van een appellant tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 27 augustus 2019, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De appellant had verzet aangetekend, maar dit verzet werd behandeld op 24 januari 2020, waarbij de appellant aanwezig was, maar het dagelijks bestuur van Orionis Walcheren niet. De Raad heeft vastgesteld dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was betaald en dat de appellant niet tijdig een verzetschrift had ingediend. De termijn voor het indienen van het verzetschrift was op 8 oktober 2019 verstreken, terwijl de appellant pas op 22 oktober 2019 digitaal verzet aantekende. De Raad heeft begrip voor de omstandigheden van de appellant, maar oordeelt dat deze niet voldoende zijn om de termijnoverschrijding te rechtvaardigen. De Raad concludeert dat het verzet niet-ontvankelijk moet worden verklaard en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 6 maart 2020.