ECLI:NL:CRVB:2020:3455
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 29 december 2020 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 20/2783 WIA. Het hoger beroep was ingesteld door de appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 7 juli 2020. De appellant was erop gewezen dat er een griffierecht van € 131,- verschuldigd was, dat uiterlijk 28 dagen na de verzending van de brief op de aangegeven bankrekening moest zijn bijgeschreven. Ondanks herhaalde waarschuwingen, waaronder een aangetekende brief, is het griffierecht niet binnen de gestelde termijn betaald. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat op basis van de beschikbare gegevens niet redelijkerwijs kon worden geoordeeld dat de appellant niet in verzuim was geweest. Hierdoor werd het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard zonder verder onderzoek. De uitspraak is gedaan door J.T.H. Zimmerman, in tegenwoordigheid van K.R. van Renswoude als griffier. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak kunnen belanghebbenden en het bestuursorgaan binnen zes weken verzet aantekenen.