Uitspraak
19.4643, 20/826 AW
25 oktober 2019, 19/2121 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
.Bij brief van 3 april 2018 heeft het college betrokkene een laatste waarschuwing gegeven en haar opgedragen om op 6 april 2018 haar werk te hervatten, waaraan is toegevoegd dat, zou betrokkene haar werk niet hervatten, zij ongeoorloofd afwezig is. Bij mail van 3 april 2018 heeft betrokkene een brief, gedateerd 29 maart 2018, aan het college gezonden, waarin zij kenbaar maakt dat zij zich niet kan vinden in de bevindingen van de bedrijfsarts en zij inmiddels door haar huisarts is doorverwezen naar een psycholoog. Zij meldt zich wederom ziek. De bedrijfsarts heeft haar advies herhaald en betrokkene arbeidsgeschikt verklaard
.
- op 19 februari 2018 zich op oneigenlijke gronden en op onjuiste wijze ziek heeft gemeld;
- onvoldoende transparant is geweest voorafgaand aan, ten tijde van en na haar verlengde afwezigheid en over de oorzaak daarvan;
- van 19 februari 2018 tot 22 maart 2018 zonder rechtsgrond en derhalve op ongeoorloofde wijze geen werkzaamheden heeft verricht;
- zich eerder in 2014 aan nagenoeg dezelfde gedragingen heeft schuldig gemaakt
BESLISSING
vernietigt de aangevallen uitspraak voor zover aangevochten;