Uitspraak
11 mei 2020, 19/5119 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 december 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een appellant tegen het college van burgemeester en wethouders van Nissewaard. Het hoger beroep was ingesteld door mr. E. Kafa, advocaat van de appellant. De zaak betreft de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was betaald. De appellant was op de hoogte gesteld van de verschuldigdheid van het griffierecht van € 131,- en had meerdere herinneringen ontvangen om dit bedrag tijdig te voldoen. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet op tijd betaald, waardoor de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk was. De Raad heeft besloten zonder verder onderzoek te doen, aangezien de feiten duidelijk waren. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze beslissing binnen zes weken na verzending van het afschrift.