ECLI:NL:CRVB:2020:2406
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking hoger beroep en proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 oktober 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 19/1184 AW. De appellant, vertegenwoordigd door mr. S.G. Volbeda, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Overijssel. De korpschef van politie had op 20 januari 2020 een nieuwe beslissing op bezwaar genomen, waarmee hij tegemoetkwam aan de bezwaren van de appellant. Hierdoor heeft de appellant op 3 maart 2020 het hoger beroep ingetrokken en verzocht om een proceskostenvergoeding.
De Raad heeft vastgesteld dat het hoger beroep is ingetrokken omdat de korpschef met de nieuwe beslissing op bezwaar aan de bezwaren van de appellant tegemoet is gekomen. De Raad heeft vervolgens de korpschef veroordeeld in de proceskosten die de appellant redelijkerwijs heeft moeten maken in verband met de behandeling van het hoger beroep. De proceskosten zijn begroot op € 525,-, conform het Besluit proceskosten bestuursrecht.
De uitspraak is gedaan door C.H. Bangma, in tegenwoordigheid van N. Khachatryan als griffier, en is openbaar uitgesproken op 1 oktober 2020. De beslissing betreft de toepassing van de artikelen 8:75a en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht, die betrekking hebben op de kostenveroordeling bij intrekking van het beroep.