ECLI:NL:CRVB:2020:1439
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van uitspraak Centrale Raad van Beroep inzake griffierecht niet tijdig betaald
Op 9 juli 2020 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van 8 november 2018. Het verzoeker, die niet bij naam is genoemd, had verzocht om herziening van de uitspraak met nummer 17/7981. De zaak betrof de niet-tijdige betaling van het griffierecht, dat op € 259,- was vastgesteld. Verzoeker was herhaaldelijk gewezen op de verplichting om het griffierecht tijdig te betalen, maar heeft dit niet gedaan. De Raad heeft vastgesteld dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was betaald en dat er geen reden was om aan te nemen dat verzoeker niet in verzuim was geweest. Hierdoor werd het verzoek om herziening als kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
De uitspraak is gedaan door H. Benek, met E. Blijleven-de Vries als griffier. De beslissing is openbaar uitgesproken en belanghebbenden hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van het afschrift van de uitspraak schriftelijk verzet te doen. De Centrale Raad van Beroep heeft geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien er geen aanleiding voor was. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige betaling van griffierechten in bestuursrechtelijke procedures.