ECLI:NL:CRVB:2019:3021
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering kinderbijslag op basis van onderhoudseis in het kader van de Algemene Kinderbijslagwet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant had kinderbijslag aangevraagd voor zijn twee kinderen, die bij zijn echtgenote in Marokko wonen. De aanvraag werd door de Sociale Verzekeringsbank (Svb) niet verder in behandeling genomen omdat de appellant niet alle benodigde gegevens had verstrekt. Na bezwaar werd de aanvraag met terugwerkende kracht beoordeeld, maar de Svb concludeerde dat de appellant niet voldeed aan de onderhoudseis van € 416,- per kind per kwartaal. De rechtbank verklaarde het beroep van de appellant ongegrond, omdat hij niet had aangetoond dat hij de onderhoudsbijdrage had betaald. In hoger beroep voerde de appellant aan dat hij met bewijsstukken had aangetoond dat hij aan de onderhoudseis voldeed, maar de Raad onderschreef het oordeel van de rechtbank. De Raad oordeelde dat de appellant over geen van de kwartalen in geding had aangetoond dat hij aan de onderhoudseis had voldaan. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.