ECLI:NL:CRVB:2019:2232
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van bijstand wegens schending van de inlichtingenplicht met betrekking tot de kostendelersnorm
Op 9 juli 2019 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Overijssel. De zaak betreft de herziening en terugvordering van bijstandsuitkeringen aan appellante, die sinds 6 juni 1991 bijstand ontvangt. De herziening vond plaats omdat de inwonende meerderjarige zoon van appellante, die tot 1 juli 2015 studiefinanciering ontving, zijn studie had beëindigd. Hierdoor werd de kostendelersnorm van toepassing, wat leidde tot een verlaging van de bijstandsuitkering van appellante. Het college van burgemeester en wethouders van Zwolle had de bijstand over de periode van 1 juli 2015 tot en met 29 februari 2016 herzien en een bedrag van € 2.658,37 teruggevorderd. Appellante had verzuimd om het college te informeren over de wijziging in de situatie van haar zoon, wat volgens de rechtbank een schending van haar inlichtingenplicht opleverde.
In hoger beroep voerde appellante aan dat zij niet op de hoogte was van de beëindiging van de studiefinanciering van haar zoon en dat zij niet begreep dat deze informatie relevant was voor haar recht op bijstand. De Raad oordeelde echter dat appellante had moeten begrijpen dat de beëindiging van de studiefinanciering invloed had op haar recht op bijstand. De rechtbank had eerder al geoordeeld dat het college terecht de bijstand had herzien en de terugvordering had ingesteld. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het hoger beroep van appellante niet slaagde. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.