Uitspraak
18 3552 PW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
€ 130,- per maand te weinig is om van te leven. Om die reden hebben familieleden haar geholpen met kleine bedragen in natura, met boodschappen of doordat appellante kon
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 mei 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg. Appellante had op 8 september 2016 een aanvraag om bijstand ingediend op basis van de Participatiewet, maar haar aanvraag werd afgewezen omdat zij niet voldoende inzichtelijk had gemaakt hoe zij in haar levensonderhoud voorzag. De rechtbank had het beroep tegen het bestreden besluit van het dagelijks bestuur van Kompas ongegrond verklaard. Appellante, die onder bewind stond en een schuldsaneringstraject had doorlopen, had aangegeven dat zij inwonend was bij haar dochter en dat zij maandelijks een klein bedrag aan zwarte inkomsten genereerde door schoonmaakwerk. Het dagelijks bestuur had haar de gelegenheid geboden om objectieve en verifieerbare gegevens te overleggen, maar deze waren niet voldoende. De Raad oordeelde dat de verklaringen van familieleden te globaal en summier waren om de aanvraag te onderbouwen. Het hoger beroep van appellante werd afgewezen, en de eerdere uitspraak werd bevestigd. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.